Zwitserland moet gegevens over Nederlanders die sparen bij de bank UBS, alsnog doorspelen aan de Belastingdienst.
Dat heeft de hoogste rechter in het Alpenland maandag bepaald. Eerder dit jaar had een lagere rechtbank nog anders beslist, omdat de informatieaanvraag van de fiscus niet gericht genoeg was.
De Belastingdienst diende vorig jaar een rechtshulpverzoek in bij de Zwitserse collega’s op grond van een belastingverdrag tussen beide landen. Het ging om namen van Nederlanders met rekeningen bij UBS, die bij de bank geen bewijs hadden overlegd dat over hun spaargeld belasting was betaald.
Eerst concrete verdenkingen
De Zwitserse autoriteiten wilden aan dat verzoek gehoor geven, maar een van de betreffende spaarders stapte naar de rechter. Aanvankelijk met succes, want die bepaalde in maart dat de Nederlandse fiscus eerst zelf met namen en concrete verdenkingen moest komen. Dat vonnis bleef in hoger beroep echter niet overeind.
Het ministerie van Financiën liet weten blij te zijn met deze ,,baanbrekende uitspraak”. De Belastingdienst hoeft, in tegenstelling tot wat de rechtbank eerder had bepaald, niet met concrete namen te komen van mogelijke zwartspaarders, maar mag in brede zin informatie opvragen over Nederlandse rekeninghouders bij Zwitserse banken.
De uitspraak betekent volgens het departement dat ook een groepsverzoek dat is ingediend bij de Zwitserse belastingdienst over spaarders bij de bank Crédit Suisse, verder in behandeling zal worden genomen. Daarnaast biedt het vonnis de mogelijkheid om nieuwe groepsverzoeken in te dienen.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl