Oud-FNV-voorzitter Agnes Jongerius verwijt het kabinet dat veel van de maatregelen uit het pensioenakkoord van 2011 niet zijn doorgevoerd.
Eigenlijk is alleen de verhoging van de AOW-leeftijd er gekomen, maar niet de maatregelen uit het akkoord die mensen met zware beroepen moesten ontzien, zegt ze tegen Trouw:
“Degenen die eerder met pensioen kunnen, verdienen het meest. Zij hebben hun schaapjes op het droge. Maar de zwaarbelaste laagopgeleide die er meer dienstjaren op heeft zitten en het vervroegde pensioen het hardst nodig heeft, moet langer door.”
Jongerius is tegenwoordig europarlementariër voor de PvdA en wil dat het kabinet vooral nog eens goed kijkt naar de flexibele AOW die is afgesproken in het pensioenakkoord, maar nooit is ingevoerd:
“Mensen met een zwaar beroep en laag inkomen zijn voor hun oudedagsvoorziening voor een groot deel afhankelijk van hun AOW. Als ze nu eerder stoppen met werken, moeten ze het alleen doen met wat ze zelf aan pensioen hebben gespaard. Dat is voor sommigen slechts 200 euro in de maand. Een flexibele AOW geeft ook hun de mogelijkheid voor hun 67ste met pensioen te gaan.”
Zelf vindt Jongerius dat ze genoeg heeft gedaan om de huidige problemen rond de pensioenen te voorkomen en ligt het aan de versnelde verhoging van de AOW-leeftijd in het 'Kunduz-akkoord' van de zogeheten 'constructieve partijen' na de val van het kabinet Rutte-1:
"Ik heb gedaan wat in mijn vermogen lag. Die afspraken waren zo gek nog niet. Als de anderen, in plaats van het gas in te trappen, rustiger te werk waren gegaan."
Volgens de oorspronkelijke plannen zou de AOW-leeftijd pas in 2020 worden verhoogd, maar dat is 2013 geworden.