Zwitserland gaat stemmen over een ‘basisinkomen’ voor iedereen. Voorstanders denken aan bedrag van zo’n 2.000 euro per maand.
Het idee van een basisinkomen voor iedereen is niet nieuw. Van de Amerikaanse revolutionair Thomas Paine en Napoleon Bonaparte, tot econoom Milton Friedman: de notie van een minimum levensvoorziening waar geen prestatie tegenover hoeft te staan, leeft al eeuwen. Maar ook niet meer dan dat.
Voorstanders van zo’n basisinkomen begin boekten begin deze maand in Zwitserland echter een opmerkelijke overwinning. Ze verzamelden 100 duizend handtekeningen, waarmee het mogelijk wordt om een nationaal referendum te houden over de wenselijkheid van een basisinkomen voor iedereen.
Leven van 2000 euro per maand
Zelf denken de organisatoren van het initiatief voor een basisinkomen aan een bedrag van zo’n 2.500 Zwitserse frank per maand, omgerekend iets meer dan 2.000 euro. Dat oogt aantrekkelijk, als je bedenkt dat bijvoorbeeld het minimumloon in Nederland voor 23-plussers bij een werkweek van 36 uur bruto zo’n 1.364 euro per maand is.
De Zwitserse activisten hebben echter geen boodschap aan zoiets banaals als loon naar werken. In een recent interview met zakensite Business Insider keert initiatiefnemer Daniel Straub zich tegen het begrip minimumloon: “Daarmee houd je een verouderd systeem in stand. Het wordt tijd om om werk en inkomen deels los te koppelen. Machines doen tegenwoordig veel handwerk, daar moeten we blij mee zijn.”
In Zwitserland kun je je volgens Straub een 'bescheiden levensstijl' permitteren, met 2.500 franc per maand. Bij een dergelijk basisinkomen zou ongeveer een derde van het Zwitserse bruto binnenlands product zonder voorwaarden gedistribueerd worden.
Werk, het is maar een keuze
In het referenduminitiatief is overigens niet vast gelegd hoe het basisinkomen in de praktijk uit zou moeten zien. Dat is niet onbelangrijk, want er zijn in deze eigenlijk twee zeer uiteenlopende scholen.
De Zwitserse activisten behoren tot de meer 'idealistische' school, waarvan de argumenten ook terug te vinden zijn op sites als 'Global Basic Income'.
Een ongeclausuleerd basisinkomen wordt hierbij gekoppeld aan het voorzien in basale levensbehoeften van de mens. Idee is ook dat dit de machtspositie van potentiële werknemers versterkt: die worden niet gedwongen hun arbeid als 'loonslaaf' aan te bieden, maar kunnen kiezen of ze werk al dan niet accepteren.
Negatieve inkomstenbelasting
Heel anders is het idee van een basisinkomen dat is voorgesteld door economen als Milton Friedman en bijvoorbeeld de Duitse euro-scepticus Hans-Werner Sinn. Vaak heet het basisinkomen dan een 'negatieve inkomstenbelasting.'
In de meest radicale variant komt dit erop neer dat je werkloosheidsuitkeringen, uitkeringen voor arbeidsongeschiktheid en staatspensioenen schrapt. In plaats daarvan stel je een inkomensniveau vast dat 'belastingvrij' is. Wie meer dan deze drempel verdient gaat belasting betalen. Wie minder inkomen heeft, krijgt een onvoorwaardelijke aanvulling van zijn inkomen tot het drempelniveau.
Voordeel van een dergelijke variant is dat je hiermee de zogenoemde 'armoedeval' kunt aanpakken. Die treedt nu vaak op als mensen bij de overgang van een uitkering naar betaald werk er door verlies van subsidies netto op achteruitgaan. De negatieve inkomstenbelasting kent wel een afbouw van staatssteun, maar geen straf als je van een klein baantje naar een iets groter baantje gaat.
Hamvraag bij dit alles blijft uiteraard waar je de drempel legt voor het basisinkomen dat iedereen minimaal zou moeten krijgen. Heb je daar een mening over? Doe mee aan de poll.
Lees ook
De man die het best betaald wordt bij Twitter, op de baas na
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl