Gevaarlijke stoffen bestaan niet. Gevaarlijke concentraties van stoffen wel. Het gaat er dus om hoe je ermee omgaat; welke beheersmaatregelen je gebruikt. Daar komt bij dat “gevaarlijke stoffen” nu eenmaal niet uit onze samenleving zijn weg te denken.
We hebben ze nodig om schoon te maken, in het transport en bij productieprocessen. We gebruiken ze om te verwarmen en te koelen. Hoe paradoxaal het ook klinkt, zelfs de gezondheidszorg gebruikt giftige, brandbare en radioactieve stoffen. “Gevaarlijke stoffen” zijn dan ook alom aanwezig. Arjan Hendriksen zet op een rij wat iedereen moet weten die met gevaarlijke stoffen werkt. Hendriksen is manager risicobeheersing bij Interpolis.
Maak het gevaar herkenbaar
Zorg ervoor dat verpakkingen, leidingen, opslagen en opslagruimten zijn voorzien van waarschuwingslabels die aangeven om welke stof het gaat en welk gevaar ervan uit gaat. Gebruik verschillende kleuren en labels om vulopeningen en leidingen voor gevaarlijke stoffen te markeren.
Dit is niet alleen belangrijk voor de eigen medewerkers maar ook voor schoonmaak- en onderhoudsploegen. Zorg voor goed leesbare, geplastificeerde veiligheidskaarten. Zowel bij de opslag als bij de receptie. Voeg ze toe aan het bedrijfsnoodplan. Bij een calamiteit weten BHV-ers en professionele hulpverleners dan hoe ze moeten handelen.
Gassen veilig opslaan
Denk goed na waar en hoe je gevaarlijke stoffen opslaat. Bewaar gassen altijd in de buitenlucht. Het is misschien wel makkelijker om de LPG-tanks van een heftruck in de loods te bewaren, maar veilig is het zeker niet. Plaats gasflessen buiten in een kooi die is beschermd tegen neerslag om corrosie te voorkomen.
Zorg ervoor dat alleen bevoegd personeel toegang heeft. Houd brandbaar materiaal – pallets, verpakkingen, dorre begroeiing – ver uit de buurt. Controleer slangen en leidingen regelmatig. Poreuze gasslangen veroorzaken nog te vaak ongelukken. Zorg ervoor dat gasflessen niet kunnen omvallen en dat er niet tegenaan gereden kan worden.
Veiligheid bij vloeistoffen
Maak voor de dagvoorraad gebruik van zogenoemde veiligheidskannen. Bewaar gevaarlijke vloeistoffen boven een lekbak met ruime capaciteit. Gebruik bij voorkeur zelfsluitende kranen. Plaats stoffen die met elkaar reageren – zoals zuren en basen – boven aparte lekbakken. Beter nog, plaats ze in gescheiden ruimten.
Voorzie vulpunten van niet-verwisselbare koppelingen of gebruik een sleutelsysteem om vergissingen bij het vullen te voorkomen. Los- en vulleidingen mogen alleen bereikbaar zijn voor bevoegd personeel. Zitten ze buiten, voorzie ze dan van een aanrijbeveiliging.
Schade aan mens en milieu beperken
Bij de opslag van gevaarlijke vloeistoffen vormen lekbakken de eerste verdedigingslinie. Maar ook op andere plekken kan er vloeistof gelekt of gemorst worden. Om dit te lijf te gaan zijn er professionele ‘spill kits’ verkrijgbaar.
Hierin zit materiaal om de lekkage in te dammen, te absorberen en op te ruimen. Ook zitten er persoonlijke beschermingsmiddelen – zoals zuurbestendige handschoenen – in. Voor het geval iemand toch in aanraking komt met een gevaarlijke stof, is het belangrijk dat er een douche aanwezig is.
Soms volstaat alleen een oogdouche. Zorg er wel altijd voor dat douches werken, schoon zijn en – ook op de tast – goed bereikbaar zijn. Let bij losse oogdouches op de houdbaarheidsdatum van de reinigingsvloeistof.
ls lekkage gepaard gaat met brand, is er meer nodig om een (milieu)ramp te voorkomen. Bluswater verandert hierbij in een stof die niet in de natuur of het riool terecht mag komen. Alleen (beweegbare) damwanden van voldoende hoogte kunnen dit voorkomen.
Maak een noodplan
Bij een calamiteit telt elke seconde. Daarom is het zo belangrijk dat iedereen precies weet wat er moet gebeuren als er iets misgaat. Stel daarom een goed noodplan op en zorg ervoor dat iedereen ermee bekend is. Niet alleen in theorie maar ook in de praktijk. Dat lukt alleen door zeer geregeld te oefenen.
Meer over het opstellen van een noodplan, lees je hier. Download ook de gratis whitepaper In 4 stappen voorbereid op een noodsituatie.
Arjan Hendriksen is manager risicobeheersing bij Interpolis. In een reeks bijdragen laat hij bedrijven zien hoe ze doordacht kunnen omgaan met risico’s. Interpolis is partnerexpert van Z24.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl