De ozb, de belasting die woningbezitters en pandeigenaren betalen aan hun gemeenten, stijgt dit jaar met 2,5 procent naar 4 miljard euro.
Iets meer dan de helft daarvan komt van woningbezitters. De rest van eigenaren van bijvoorbeeld bedrijfspanden, meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) dinsdag. Van alle belastingen die gemeenten heffen, is gemiddeld bijna 41 procent ozb.
WOZ-waarde
De ozb stijgt mee met de marktwaarde van woningen en (bedrijfs)panden, omdat de ozb een percentage is van de WOZ-waarde (Wet waardering onroerende zaken).
De WOZ-waarde van een huis of bedrijfspand wordt door de gemeente bepaald aan de hand van een taxatie. Hierbij wordt gekeken naar wat vergelijkbare woningen of panden hebben opgebracht op de peildatum, 1 januari van een bepaald jaar. De ozb-beschikking die rond deze periode bij eigenaren op de mat valt, gaat over peildatum 1 januari 2017.
De vier grote steden hebben de hoogste opbrengsten uit de onroerendezaakbelasting begroot. Rotterdam verwacht 242 miljoen euro binnen te halen, Amsterdam 167 miljoen, Utrecht 98 miljoen en Den Haag 86 miljoen.
Huizenbelasting per inwoner
Het CBS heeft ook gekeken naar wat inwoners aan ozb betalen als de totale opbrengsten per gemeente worden uitgesmeerd over het aantal personen dat deze belasting moet betalen (huurders betalen geen ozb).
Inwoners in Eemsmond betalen met 744 euro het meest aan ozb, gevolgd door Schiermonnikoog met 537 euro. Daarna komen Sittard-Geleen (459 euro, Nijmegen (453 euro) en Zoeterwoude (441 euro).
In Eemsmond, Sittard-Geleen en Zoeterwoude pakt de ozb per hoofd van de bevolking relatief hoog uit omdat hier veel bedrijventerreinen of havens zijn. Nijmegen valt hoger uit omdat daar de afvalstoffenheffing in de ozb is verpakt.
In de gemeenten Huizen (98 euro), Ooststellingwerf (109 euro), Koggenland (118 euro), Geldrop-Mierlo (125 euro) en Stede Broec (128 euro) is de ozb per hoofd van de bevolking het laagst.
Bekijk hier hoe hoog de ozb is in jouw gemeente.