Vanaf 2014 moeten bedrijven scherper opletten dat werknemers met een tijdelijk contact niet langdurig ziek of arbeidsongeschikt worden. De premiekosten kunnen gemakkelijk fors oplopen.

Nieuwe wetgeving die vanaf 2014 van kracht wordt, moet werkgevers extra prikkelen om te voorkomen dat werknemers met een flexibel contract in de Ziektewet belanden of gedeeltelijk arbeidsongeschikt worden.

Daarom worden vanaf 2014 ook ziekte- en arbeidsongeschiktheidspremies voor flexwerkers ‘gedifferentieerd’ berekend. Dit gebeurt nu al voor werknemers in vaste dienst.

Belangrijk punt bij de premiedifferentiatie is dat de ‘schadelast’ in het verleden, dat wil zeggen de mate waarin een bedrijf een beroep heeft gedaan op de publiek gefinancierde regelingen voor ziekte en arbeidsongeschiktheid, meetelt bij de hoogte van de af te dragen premies.

Premieverschillen zieke flexwerkers

Daarbij wordt wel onderscheid gemaakt tussen verschillende soorten bedrijven. Bij middelgrote bedrijven, met een loonsom tussen de 30 duizend euro en ongeveer 307 duizend euro, worden de premies deels op het sectorgemiddelde, en deels op individuele schadehistorie gebaseerd.

De grootste bedrijven met een loonsom vanaf iets meer dan drie miljoen euro betalen alleen gedifferentieerde premies.

Schadehistorie weegt mee

Adviesbureau Mercer becijferde wat dit kan betekenen : de verschillen tussen het 'goedkoopste' en 'duurste' bedrijf in dezelfde branche kunnen met een factor zestien gaan uiteenlopen.

Dit is vrij extreem, maar premieverschillen van een factor zes acht ziekte- en arbeidsongeschikheidsexpert Leo Bil van Mercer goed mogelijk: "Waar het ene bedrijf in 2014  90 duizend euro premie gaat betalen, betaalt het andere bedrijf in dezelfde sector bijvoorbeeld 540 duizend euro premie." Dit gaat dan wel om echt grote bedrijven.

Bij middelgrote bedrijven met bijvoorbeeld een loonsom van 1,5 miljoen euro moet je volgens adviseur Bil al gauw uitgaan van verschillen tussen bedrijven van twee maal de sectorpremie.

Afhankelijk van UWV

Lastig voor werkgevers is wel dat ze in het publiek gefinancierde stelsel afhankelijk zijn van het UWV als uitvoeringsinstantie. Het UWV moet namelijk voorkomen dat voormalige tijdelijke werknemers via de Ziektewet  richting de WGA-uitkering voor gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid gaan.

"Omdat de werkgever betaalt voor werknemers die niet succesvol re-integreren, betaalt hij een rekening als het UWV slecht werk aflevert. Het UWV bepaalt dus feitelijk de uitkeringslast voor de werkgever", aldus ziekte-expert Bil van Mercer.

Private regeling als alternatief

Werkgevers kunnen afwegen of overstappen naar een private verzekeraar bij het afdekken van ziekte- en arbeidsongeschiktheidsrisico's (WGA) kostenvoordelen oplevert. Dit kan voor WGA-risico's die betrekking hebben op flexwerkers vanaf 2016.

Zwak punt in de wet is volgens Bil dat werkgevers die in 2016 overstappen naar een private arbeidsongeschiktheidsregeling voor flexwerkers, hun schadelast niet hoeven mee te nemen. "Deze schadelast wordt dan door de sector betaald en niet door het bedrijf zelf, een gemiste kans van de overheid om op korte termijn echt iets te doen aan de hoge instroom,"

Lees ook:

Delta Lloyd krabbelt terug bij verhoging premies arbeidsongeschiktheid

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl