Het kabinet zal zeer binnenkort een besluit nemen over de beursgang van ABN AMRO, dat sinds eind 2008 in handen is van de Staat. Minister Jeroen Dijsselbloem van Financiën zei dat dinsdag bij RTL 7.
Het kabinet kijkt daarbij naar drie dingen: of de bank er klaar voor is, of er voldoende interesse in de markt is om ABN-aandelen te kopen en of de financiële sector inmiddels sterk genoeg is. Op alle drie de punten is de afgelopen tijd vooruitgang geboekt, aldus Dijsselbloem.
Ook de verkoop van verzekeraar Vivat, het voormalige Reaal, verwacht Dijsselbloem binnenkort af te ronden. Onder meer verzekeraar ASR, ook in staatshanden, en de Chinese verzekeringsmaatschappij Anbang zouden belangstelling hebben.
ASR
ABN AMRO werd in 2008 op het dieptepunt van de kredietcrisis voor 16,8 miljard euro genationaliseerd. In de jaren erna werd er nog bijna 5 miljard in de bank gestoken, waardoor de teller op 21,7 miljard kwam. Volgens andere berekeningen liep de teller op tot 28 miljard euro, inclusief kosten voor onder meer verzekeraar ASR. Het kabinet nam vorig jaar augustus het principebesluit ABN AMRO weer naar de beurs te brengen.
NLFI, de stichting die namens de Staat de aandelen ABN beheert, selecteerde onlangs 26 zakenbanken die mogelijk de beursgang van ABN AMRO gaan begeleiden. Op die lijst staat een aantal grote Amerikaanse en Duitse banken, maar ook de Nederlandse banken ING, Rabobank en ABN zelf. NLFI adviseert Dijsselbloem ook over hoe hij SNS Bank en verzekeraar ASR, allebei eveneens genationaliseerd, weer van de hand kan doen.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl