Het kabinet draait de omstreden accijnsverhoging op diesel en lpg niet terug. De maatregel levert de schatkist “een aanzienlijke extra opbrengst” en de negatieve grenseffecten zijn maar “ten dele” het gevolg van de accijnsverhoging per 1 januari.

Dat schrijft staatssecretaris Eric Wiebes woensdag in een brief aan de Tweede Kamer (pdf).

Uit onderzoek blijkt dat de accijnsinkomsten op diesel en lpg in het eerste kwartaal met 51 miljoen euro zijn gestegen. Dat is 5,8 procent meer dan in het eerste kwartaal van vorig jaar.

Vooral oppositiepartijen als CDA, PVV en SP liepen de afgelopen maanden te hoop tegen de kabinetsmaatregel, samen met onder meer brancheorganisaties als de Bovag.

Die claimden allemaal dat de accijnsverhoging de schatkist juist geld zou kosten omdat mensen massaal over de grens zouden gaan tanken en ook daar hun boodschappen zouden doen. Pomphouders in de grensstreek zouden er failliet door gaan.

Grenseffecten vallen binnen trend

Wiebes erkent op basis van cijfers over de eerste 3 maanden dat er grenseffecten zijn, maar die vallen binnen een "meerjarige trend van teruglopende verkopen''. Uit de cijfers blijkt een dalende verkoop van alle brandstoffen in heel Nederland. Benzine, waar de accijns niet is verhoogd, daalt nog harder dan diesel.

De dalende verkoop komt onder meer door een lagere consumptie, vooral als gevolg van de economische tegenwind van de afgelopen jaren. Bovendien zijn auto's de afgelopen jaren steeds zuiniger geworden, aldus Wiebes.

'Pomphouders zijn niet gek'

Hij erkent dat pomphouders in de grensstreek het zwaar hebben. "De pomphouders zijn echt niet gek.'' Maar het verband met de accijnsverhogingen is "niet zo groot'', aldus Wiebes. De belangrijkste terugloop doet zich voor bij benzine, waar de accijns juist niet is verhoogd. "Het terugdraaien van de accijnsverhoging gaat de pomphouders niet redden.''

Het kabinet heeft geen specifieke, extra maatregelen in petto om pomphouders te redden van een faillissement. Wiebes snapt dat dat een teleurstellende boodschap is voor de pomphouders. Het enige wat het kabinet kan doen, en nu ook doet volgens Wiebes is de overheidsfinanciën op orde brengen en daarmee werken aan een herstel van de economische groei.

Bovag wil schade verhalen

Brancheorganisatie Bovag laat juristen uitzoeken of de schade van de accijnsverhoging voor pomphouders in de grensstreek op de Nederlandse overheid is te verhalen. "Het Europees recht biedt daar wel degelijk aanknopingspunten voor", aldus een woordvoerder in een reactie.

"Staatssecretaris Wiebes kijkt met een Haagse bril naar de werkelijkheid. Hij heeft kennelijk de effecten van de accijnsverhoging in de grensstreek niet gemeten. Daar is wel degelijk sprake van omzetverlies van pomphouders met 30 tot 40 procent. Dat kan je niet van tafel vegen door te zeggen dat er een meerjarige trend is van teruglopende verkopen."

Voorzitter Petra van Steijn van BETA, de belangenclub van onafhankelijke pomphouders, is zwaar teleurgesteld in Wiebes. De VVD-staatssecretaris laat een "grote groep ondernemers in de kou staan. Mooi dat het de schatkist kennelijk wel geld oplevert, maar dat gebeurt wel over de ruggen van de pomphouders in de grensstreek''.

Dat volgens Wiebes vooral minder benzine wordt getankt, waarvan de accijns niet is verhoogd, komt doordat "benzine al jaren goedkoper is in Duitsland'', zegt Van Steijn, die zelf een benzinestation in Arnhem exploiteert.

"De pomphouders in de grensstreek zullen niet vandaag failliet gaan. Maar zij gaan wel hun personeel ontslaan en de shops sluiten. Dan worden het onbemande spookstations."

Lees ook

Benzine in Nederland heel duur, maar niet het duurst van Europa

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl