Bij de grootste zes levensverzekeraars van Nederland zitten meerdere partijen die financieel onvoldoende solide zijn. Toezichthouder DNB wil problemen achter de schermen aanpakken.

Het was even schrikken, afgelopen zondag: uit een stresstest door de Europese toezichthouder EIOPA bleek dat meerdere Nederlandse verzekeraars niet meekunnen met nieuwe financiële buffereisen die in 2016 van kracht worden. Althans, op basis van de cijfers over 2013.

Toezichthouder De Nederlandsche Bank (DNB) is in overleg met de betrokken partijen, maar wie de zwakke broeders zijn, blijft voorlopig geheim.

Zwakke levensverzekeraars: wie-o-wie?

Het is nog te vroeg om openbaar te maken welke verzekeraars aan de toekomstige financiële EU-regels voldoen en welke niet. Dat kan pas op het moment dat die regels van kracht zijn, zei staatssecretaris Eric Wiebes van Financiën dinsdag in de Tweede Kamer in antwoord op vragen van de PvdA.

De zes grote verzekeraars Vivat, Nationale-Nederlanden, ASR, Achmea, Delta Lloyd en Aegon deden mee aan de test, maar niet duidelijk is welke gezakt zijn en hoe ver ze van de norm zaten. De situatie is volgens de PvdA “ronduit zorgelijk”.

Wiebes zei dat de verzekeraars al anticiperen op de strengere toekomstige normen voor financiële buffers, die in 2016 ingaan. De Nederlandsche Bank (DNB) houdt daar toezicht op en uiteindelijk moet elke Nederlandse verzekeraar aan de nieuwe normen voldoen, aldus Wiebes. Hij benadrukte dat de verzekeraars voldoen aan de eisen die nu van kracht zijn.

De stresstest wees uit dat de Nederlandse verzekeraars relatief gevoelig zijn voor de langdurig lage rentestand. De impact hiervan is in Nederland waarschijnlijk groter omdat de verzekeraars hier verhoudingsgewijs veel langlopende pensioen- en levensverzekeringen in beheer hebben.

Nieuwe bufferseisen verzekeraars

Voor de minimale financiële buffers waaraan verzekeraars moeten voldoen, stellen toezichthouders normbedragen op. De Europese toezichthouder EIOPA heeft op basis van de cijfers van eind 2013 gekeken of verzekeraars voldoen aan de nieuwe kapitaaleisen die vanaf 2016 van kracht zijn (in jargon: Solvency II) en daarnaast ook stresstests uitgevoerd.

Specifiek is gekeken naar twee scenario’s: een test van bepaalde marktrisico’s en een simulatie van een klimaat waarin rentes langdurig laag blijven. Dit laatste heeft invloed op de financiële gezondheid van levensverzekeraars, omdat tegenover de uitkeringsverplichtingen van polissen grote beleggingspotten staan die vooral in obligatieleningen worden gestoken. Als de rentes lang laag blijven leveren dergelijke beleggingen minder op en komen de uitkeringsverplichtingen mogelijk in gevaar.

Risico lage rente

In de stresstest voor het lage-rente-scenario  hebben 225 Europese levensverzekeraars het effect van lage rentescenario’s doorgerekend op hun balans.

Onder de nieuwe kapitaaleisen die vanaf 2016 gelden, voldoet 16 procent van de Europese verzekeraars niet aan de eis voor minimale buffers en in het stressscenario voor de lage rente neemt dat toe tot 20 à 24 procent.

“Uit het geanonimiseerde rapport van EIOPA blijkt dat er ook in Nederland in de uitgangssituatie verzekeraars met een SCR onder de honderd procent (minimum kapitaalbuffer, red) voorkomen”, meldde toezichthouder De Nederlandsche Bank (DNB) zondag in een eigen verklaring.

Bron: ANP/Z24

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl