(Bekijk
hier meteen de slideshow)
Heel speciaal zien ze er niet uit, de auto’s die staan geparkeerd op een
steenworp afstand van het koninklijk paleis in Brussel. Gewone modellen van
Mercedes, Opel en Toyota. Alleen de stickers en het ontbreken van de uitlaat
verraden dat het wel degelijk om revolutionaire auto´s gaat. Ze zijn
uitgerust met een brandstofcel die loopt op waterstof die op zijn beurt een
elektromotor aandrijft.
Revolutionair, maar toch eigenlijk ook weer niet. Dat komt overeen met de
boodschap die de automakers willen overbrengen. Als de omstandigheden
gunstig zijn, kunnen ze over een paar jaar de markt op. "In 2015 willen
we ze op grote schaal gaan produceren", zegt Manuel Keitsch, ingenieur
bij Opel. "Hij rijdt beter dan veel benzineauto’s".
Wel zijn er nog twee hordes te nemen. Er zijn in heel Europa slechts enkele
tientallen tankstations waar je waterstof kan tanken.
En er is ook nog de prijs. "Een half miljoen euro", zegt Keitsch met
een grijns. "Maar", haast hij zich te zeggen, "dat is omdat
alles handgemaakt moet worden. Geen motoronderdeel kan worden besteld. De
prijs kan hard omlaag als de productie grootschalig wordt."
Alternatieven
Waterstof is niet de enige brandstof die wordt genoemd als hét alternatief
voor de CO2-brakende benzinemotor. Zeker de laatste tijd is het niet de
waterstofauto met zijn brandstofcel, maar de elektrische auto die furore
maakt. Twee jaar geleden was het de auto op biobrandstof die ons zou gaan
helpen de opwarming van de aarde tegen te gaan.
Het hangt er helemaal maar vanaf van wie je spreekt. Oliebedrijven roepen
liefst dat de verbrandingsmotor nog tientallen jaren mee zal gaan.
Elektriciteitsbedrijven menen dat stroom de toekomst heeft en
autofabrikanten baseren hun voorkeur vaak op de techniek waar ze zelf goed
in zijn. Voor Renault is dat elektrische aandrijving, voor Toyota hybride en
voor veel Duitse producenten is het waterstof, of gewoon benzine maar dan
veel zuiniger.
Haalbaarheid
Er zijn tot nu toe maar weinig neutrale onderzoeken gedaan naar de
economische haalbaarheid van de verschillende manieren waarop de uitstoot
van auto's kan worden gereduceerd. In een studie waarvoor dertig
verschillende bedrijven, van oliemaatschappijen en autofabrikanten tot
elektriciteitsproducenten, data aanleverden, is nu een poging gedaan.
De uitkomsten van het onderzoek werden maandag in Brussel gepresenteerd. Omdat
het ene bedrijf heel andere aannames doet over bijvoorbeeld de toekomstige
prijs van autobatterijen of de olieprijs, zijn de conclusies omgeven door
onzekerheden. Maar toch zijn er een aantal opvallende uitkomsten.
Verschillende branstoffen
Er is niet één type aandrijving dat de komende decennia het autopark volledig
zal domineren. Er is plek voor hybrides, volledig elektrische auto's, auto's
met brandstofcellen die lopen op waterstof en, zelfs nog in 2050, voor de
oude vertrouwde verbandingsmotor.
Kip en ei-discussie
Wil de EU in de buurt komen van de eigen klimaatdoelstellingen, dan moet de
uitstoot van CO2 van het wagenpark met 95 procent omlaag in 2050. Dat kan,
zo concludeert het rapport, maar niet met verbeteringen aan de huidige
verbrandingsmotor. Die kan nog 30 procent zuiniger worden dan nu, maar dan
is de rek er wel uit.
Het is de overheid die er voor moet zorgen dat de alternatieven met de
benzine- en dieselauto kunnen concurreren. Bijvoorbeeld door de regels voor
CO2-uitstoot steeds strenger te maken, en door de belastingtarieven verder
afhankelijk te maken van de milieuvriendelijkheid van de auto.
Voor de ontwikkeling van de elektrische auto en de waterstof auto komt daar
nog steun voor de infrastructuur bij. Want de eerste tankstations die
snelladers en waterstoftanks zullen hebben, maken er waarschijnlijk geen
winst op omdat er te weinig auto's zijn. En die auto's komen er pas als je
niet langer het risico loopt honderden kilomters om te moeten rijden om een
pomp te vinden.
De totale investering in bijvoorbeeld een basale waterstofinfrastructuur - van
de productie van de energie tot aan het tankstation - bedraagt voor een land
als Duitsland circa 3 miljard euro. Veel geld, maar veel minder dan vaak
wordt aangenomen. Reken je die kosten om per auto, dan is het maar een
fractie van de zogenaamde total cost of ownership, zeg maar alle kosten die
tijdens de leven van een auto worden gemaakt.
Als de EU zijn huidige beleid door zou trekken en in de aanvangsfase steun zou
verlenen, dan zijn volgens het rapport waterstof auto's vanaf 2030 rendabel
(zonder overheidssteun) voor medium- en grotere auto's. Elektrische auto's
kunnen al eerder zonder subsidie, maar blijven vooral geschikt voor korte
afstanden en kleinere modellen.
Lees ook:
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl