De Amerikaanse beursgraadmeters bleven woensdag dicht bij huis. De valutastap in China zorgde voor een wat bedrukte stemming op de markten. Beleggers maakten zich onder meer zorgen over de economische situatie in het Aziatische land. Internetbedrijf Alibaba ging fors onderuit nadat het de boeken had geopend.

De leidende Dow-Jonesindex sloot vlak op 17.402,51 punten, na eerder flink in de min te hebben gestaan. Dat gold ook voor de brede S&P 500 die uiteindelijk een bescheiden winst van 0,1 procent boekte op 2086,05 punten. Technologiegraadmeter Nasdaq herstelde eveneens van eerdere verliezen en sloot 0,2 procent hoger op 5044,39 punten.

Wederom werd door beleggers met een beschuldigende vinger naar China gewezen. Voor de tweede dag op rij verloor de yuan aan waarde ten opzichte van de dollar. Door de verdere daling van de Chinese munt en tegenvallende cijfers over de Chinese industrie bestaat de vrees dat er mogelijk sneller een einde is gekomen aan het Chinese groeiwonder dan eerder gedacht.

Alibaba verliest

Het aandeel van het Chinese Alibaba verloor 5,1 procent aan beurswaarde. Zowel de omzet als winst van het in New York genoteerde bedrijf nam toe, maar de resultaten waren minder goed dan vooraf gedacht. Wel kondigde Alibaba aan voor 4 miljard dollar aan aandelen terug te gaan kopen.

Ook Macy’s kreeg de handen niet op elkaar nadat het de boeken had geopend. De winst van de warenhuisketen viel lager uit dan analisten hadden voorspeld. Het aandeel verloor ruim 5 procent, mede als gevolg van een adviesverlaging.

Voedingsmiddelengigant Kraft Heinz koerste eveneens in het rood (min 1,6 procent). Het bedrijf maakte bekend circa 2500 banen te schrappen. Volgens de leiding kan er effectiever worden gewerkt en moet de organisatie vereenvoudigd worden.

Overname in software

Technologieconcern Fidelity National Information Services (FIS) ging krap 9 procent vooruit op het nieuws dat het softwareproducent SunGard overneemt. Het bedrijf is nu nog in handen van een groep van zeven investeringsmaatschappijen.

De euro was bij de slotbel 1,1172 dollar waard, tegen 1,1196 dollar bij het Europese slot. De prijs van een vat Amerikaanse olie steeg 0,6 procent naar 43,34 dollar. Brentolie werd 1,1 procent duurder en kostte 49,72 dollar per vat.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl