Binnen 24 uur verloor het kabinet van Theresa May twee ministers, een record in de Britse politieke geschiedenis. Hoewel May daarmee op het zwakste punt staat sinds haar verkiezing, is het onwaarschijnlijk dat ze zelf het veld moet ruimen.
Boris Johnson, de Britse minister van Buitenlandse Zaken, trad op maandag af nadat zijn kabinetsgenoot van Brexit-zaken David Davis die ochtend hetzelfde deed. Hun Conservatieve premier zag die ontslagbrieven al aankomen en knipperde nauwelijks met haar ogen voordat ze vervangers benoemde op de cruciale posten.
De twee nieuwkomers, Jeremy Hunt op Buitenlandse Zaken en Dominic Raab op Brexit-zaken, zijn loyalisten van May en helpen haar om meer controle te krijgen over het kabinet dan voorheen.
De stoelendans brengt uiteraard de typische speculaties met zich mee over een al dan niet aanstaande paleisrevolutie waarbij May zelf moet vertrekken. Johnson en Davis stapten immers op omdat ze de brexitplannen die May op vrijdag in Brussel neerlegde, niet hard en strikt genoeg zijn naar hun smaak. Binnen haar partij bevinden zich vele parlementariërs die de mening van de afgevoerde ministers delen.
Labour-leider Corbyn als premier
May waarschuwde na de ministerswissel in het Britse parlement dat meer instabiliteit bijkans kan leiden tot nieuwe verkiezingen en tot Labour-leider Jeremy Corbyn in de ambtswoning aan Downing Street 10. Zelfs haar felste critici bonden daarop in.
De weg naar een muiterij is lang, gezien de regels van de Conservatieve Partij. Allereerst moeten 48 leden in het House of Commons - het Lagerhuis, de Britse Tweede Kamer - een brief naar de fractieleider schrijven waarin ze het leiderschap van de partij ter discussie stellen. Minstens 159 fractieleden moeten vervolgens instemmen met het afzetten van de premier.
De Conservatieve partij bezet momenteel 316 zetels in het Lagerhuis, maar het is onzeker dat de helft van hen een muiterij tegen May zou steunen. Dit hangt weer samen met hoe deze parlementariërs de Brexit voor zich zien. De zachtere Brexit waar May sinds vorige week op aanstuurt, is voor een aantal té soft. Maar te weinig Tories zijn voor een harde, ijskoude Brexit. De aantallen die haar Brexit-koers niet steunen zijn wellicht luid en aanwezig, maar hebben niet 'the numbers' om haar werkelijk het leven zuur te maken.
De huidige regering-May wil ten allen tijde voorkomen dat er een plotse grens verrijst tussen Ierland en het Britse Noord-Ieland. Ook moet de schok van de handel met Europa zo miniem mogelijk blijven. Beide doelen zijn niet verwezenlijken in een harde Brexit die een aantal Conservatieven voor ogen heeft.