Het kabinet Rutte 2 heeft een begin gemaakt met de afbouw van de hypotheekrenteaftrek. Daar zouden veel meer landen werk van moeten maken, volgens weekblad The Economist.
Eén van de belangrijkste wapenfeiten van het VVD-PvdA van kabinet Rutte 2 is de geleidelijke afbouw van de hypotheekrenteaftrek: jaarlijks gaat het tarief voor de inkomstenbelasting waartegen de rentekosten van een hypotheeklening kunnen worden afgetrokken, met een half procentpunt omlaag.
Dit jaar bedraagt het maximale belastingtarief voor de hypotheekrenteaftrek nog 50 procent en in 2042 moet dat 38 procent zijn. Daarmee verdwijnt de hypotheekrente-aftrek niet helemaal. Maar de belastingderving voor de staat wordt een stuk lager, vergeleken met de circa 10 miljard euro per jaar die de impliciete subsidie op woningleningen momenteel kost.
Schuldenberg westerse wereld
Nederland is echter allesbehalve uniek met de staatssubsidie op het maken van schulden, zo signaleert weekblad The Economist in de jongste editie. Dergelijke regelingen komen in tientallen Europese landen en ook in de VS voor.
Nu kun je het subsidiëren van schulden niet aanwijzen als unieke oorzaak van de financiële crisis die de wereld in 2008 schokte. Maar regelingen zoals de hypotheekrente-aftrek hebben de crisis wel verergerd.
The Economist noemt Nederland expliciet als het land in de westerse wereld met de "meest genereuze belastingsubsidie met een waarde van 2 procent van het nationaal inkomen per jaar, het dubbele van het niveau in de VS (...). Het land (Nederland, red) heeft één van de hoogste niveaus van hypotheekschulden ter wereld opgebouwd, een schuld die nog steeds op de economie drukt."
In dat kader is ook onderstaande grafiek illustratief. Hierin is het inkomen per hoofd van de bevolking afgezet tegen de private en publieke schulden als percentage van het nationaal inkomen.
(bron: The Economist)
Te zien is dat de lijn van Nederland tussen het jaar 2000 en 2014 steil omhoog loopt. Dat betekent dat het nationaal inkomen per hoofd van de bevolking maar een klein beetje is gegroeid, terwijl private en publieke schulden heel hard zijn opgelopen. Ook andere landen, zoals Griekenland en Spanje, kennen een dergelijke steile lijn. Alleen is bij Nederland het totale schuldniveau als percentage van het nationaal inkomen relatief zeer hoog, vergeleken met andere landen.
Tegenover dit beeld kun je stellen, dat de ergste pijn in Nederland voorbij lijkt. Nadat consumenten jarenlang de hand op de knip hielden en de nadruk legden op het aflossen van schulden, lijkt de economie in 2015 voor het eerst in lange tijd weer steun te krijgen van stijgende uitgaven huishoudens.
Toch lijkt het niet onverstandig dat het kabinet Rutte 2 begonnen is met een afbouw van de subsidies voor hypotheekschulden. Je weet immers maar nooit wanneer de volgende zeepbel barst.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl