Ondanks de recente stijging is de werkloosheid in Nederland met 6,2 procent
van de beroepsbevolking (volgens de Europese definitie, red.), nog altijd
relatief gering.

In de eurozone zijn er maar drie landen (Oostenrijk, Duitsland en Luxemburg) met lagere werkloosheid.

Het gemiddelde percentage in de eurozone is 12 procent. In Ierland bedraagt de
werkloosheid ruim 14 procent. In Portugal ruim 17 procent. En in Spanje en
Griekenland is meer dan 26 procent van de beroepsbevolking werkloos.

In de Europese Unie geldt vrij verkeer van personen, dus het lijkt een logisch
dat als gevolg van deze werkloosheidsverschillen grote stromen
arbeidsmigranten van Zuid-Europa naar Noord-Europa op gang komen.

Weinig arbeidsmigratie

Maar volgens de eurocommissaris voor Werkgelegenheid en Sociale Zaken, de
Hongaar László Andor, is er binnen Europa maar weinig arbeidsmigratie.

In een interview met de Wall Street Journal vorige week, stelde hij dat slechts drie procent van
de EU-burgers in een ander land leeft dan waar hij of zij geboren is. In de
Verenigde Staten leeft dertig procent van de bevolking niet in de staat van
geboorte.

De geringe arbeidsmobiliteit in Europa is een van de redenen dat de muntunie
slecht functioneert. Als arbeid daar heen zou trekken waar de vacatures
zijn, zoals in de Verenigde Staten gebeurt, zou de conjunctuur in de
eurolanden meer op elkaar lijken en zou het monetaire beleid van de Europese
Centrale bank de eurolanden beter passen.

Volgens Andor is er iets vreemds aan de hand met de migratie binnen de EU.
Sinds de crisis is het aantal mensen dat in een andere EU-lidstaat werkt
niet toegenomen, maar juist gedaald.

De reden: landen als Spanje en Ierland zagen door de oplopende werkloosheid
elders arbeidsmigranten terugkeren naar het land van oorsprong. De gestegen
migratie naar landen als Duitsland en Oostenrijk (en wellicht Nederland,
maar dat land noemt Andor niet) kon dit niet goedmaken.

Minder Polen en Roemenen

Navraag bij de Europese Commissie leert dat de richting van de migratiestromen
door de crisis duidelijk aan het veranderen is. Tussen het derde kwartaal
van 2008 (toen de kredietcrisis begon) en het derde kwartaal van 2012, nam
de migratiestroom uit Polen naar andere EU-landen af met 43 procent. De
stroom uit Roemenië daalde met 39 procent.

Tegelijkertijd steeg de emigratie uit Zuid-Europa. Uit Griekenland vertrokken
tussen 2008 en 2012 liefst 145 procent meer arbeidsmigranten naar andere
EU-lidstaten. Voor Spanje is de toename 60 procent.

Oost-West-migratie werd vervangen door een stroom van Zuid naar Noord. Voor
2008 kwam 11 procent van de nieuwe EU-migranten uit Spanje, Griekenland,
Portugal of Italië. Na 2008 steeg dat naar 15,5 procent. Over dezelfde
periode daalde het aandeel van EU-migranten uit Oost- en Midden-Europa van
65 naar 59 procent.

De crisis in Zuid-Europa heeft dus wel degelijk voor een verandering van de
migratiestromen geleid. Maar (nog) niet genoeg om van een ommekeer te kunnen
spreken. De meeste EU-migranten komen nog altijd uit het oosten.

Spanje immigratieland

Volgens de meest recente cijfers van de Europese Commissie is Spanje zelfs nog
altijd een immigratieland. Er werkten in 2012 761 duizend EU-buitenlanders
in Spanje. Het aantal Spanjaarden dat in andere EU –lidstaten werkten was
slechts 210 duizend.

Per saldo heeft Spanje dus een immigratieoverschot van 551 duizend personen.
Dat is 3,2 procent van de totale werkgelegenheid in het land.

Ook Italië heeft met 0,4 procent een (weliswaar kleiner) overschot op de
‘immigratie-rekening’ van de EU. Hetzelfde geldt voor Ierland (0,2 procent).

Griekenland (-4,8 procent) en Portugal (-11,1 procent) hebben juist een fors
immigratie-tekort. Er werken veel meer Grieken en Portugezen in andere
EU-lidstaten dan dat er EU-burgers uit andere landen in Griekenland en
Portugal werken.

In Nederlland werkten vorig jaar 165 duizend arbeidsmigranten uit andere EU-landen (exclusief grensarbeid). Het aantal
Nederlanders dat over de grand, maar binnen de EU werkte bedroeg 228 duizend. Het ‘immigratietekort’ bedraagt 0,7 procent van de totale
werkgelegenheid.

Mocht iemand ooit op het onzalige idee komen om de Nederlandse grenzen te
sluiten voor EU-arbeiders, om de werkloosheid te bestrijden, dan weten we
alvast dat zo’n maatregel op basis van deze cijfers averechts zal werken.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl