Veel jonge Nederlanders willen een huis kopen. 40 procent van hen verwacht echter dat dat nooit mogelijk zal zijn, gelet op de ontwikkelingen op de woningmarkt. Alleen Duitsers, Italianen en Britten zijn pessimistischer over hun kansen.

Dat blijkt uit onderzoek van ING, dat de gevoelens van potentiële huiseigenaren peilde in vijftien westerse landen.

De obstakels voor starters zijn groot in Nederland: het aanbod van woningen is krap en zeker in de Randstad is de betaalbaarheid een groot probleem, met almaar stijgende huizenprijzen. Starters leggen het bovendien steeds vaker af tegen meer vermogende doorstromers, beleggers en expats. Ook is de inbreng van eigen geld vaak problematisch. Lees daar hier meer over op Business Insider.

De kloof tussen de kansen van verschillende soorten starters is ook aanzienlijk, valt op te maken uit het ING-onderzoek ‘Homes and Mortgages 2018’. Want hoewel 40 procent van de respondenten niet verwacht ooit een huis te kunnen kopen, denkt 22 procent dat dit voor hun 35e wel moet lukken. Dit heeft mogelijk te maken met verschillen tussen alleenstaande starters en koppels. Ook de mogelijkheid om hulp te krijgen van ouders of andere weldoeners via eenmalige schenkingen kan een rol spelen.

Het ING-onderzoek laat zien dat Nederland in Europa tot de landen behoort waar een relatief grote groep denkt dat een eigen woning onbereikbaar is. Onder Duitsers verwacht 45 procent van de potentiële huizenkopers dat ze niet aan de bak komen. Hetzelfde geldt voor 44 procent van de Italianen en 41 procent van de Britten.

Onderstaande grafiek, samengesteld door databureau Statista, geeft het overzicht:

(klik voor uitvergroting)

Van de Nederlanders die verwacht niet te kunnen kopen, zegt de overgrote meerderheid (55 procent) dat ze waarschijnlijk niet genoeg zullen verdienen om een hypotheek te kunnen financieren. 17 procent vreest niet genoeg stabiliteit te hebben qua werk, terwijl 12 procent vermoedt dat de prijzen te hoog zullen blijven.

Voor veel Nederlandse starters is een gebrek aan geschikte woningen een groot obstakel, maar bij het ING-onderzoek zegt slechts 5 procent te verwachten dat dat de reden is dat ze niet kunnen kopen.

Nederlandse ouders niet heel scheutig

Wat betreft de hulp van ouders geeft 19 procent van alle respondenten in Nederland aan dat ouders moeten bijspringen, als hun kind een huis wil kopen. Dat is met afstand het minste van alle landen in het onderzoek. In Turkije verwacht 76 procent dat de ouders mede investeren.

Opvallend is ook dat Nederland één van de grootste aandelen heeft van mensen die aangeven níet te willen kopen: 18 procent. Alleen Duitsland, Oostenrijk en Spanje staan in dat opzicht boven ons land.

LEES OOK Wat zijn de netto maandlasten van een hypotheek? Fouten bij rekentools van banken en vergelijkers