- Ultrabewerkte voedingsproducten worden volgens een onderzoeker vaak met misleidende claims op de markt gebracht om gezonder te lijken dan ze zijn.
- Omschrijvingen als ‘vetarm’ of ‘minder calorieën’ kunnen juist wijzen op een relatief ongezond product.
- Door gezondheidsclaims kritisch te bekijken, kun je makkelijker kiezen voor een voedzaam dieet.
- Lees ook: 10 suggesties voor de lunch als je het mediterrane dieet volgt
Boodschappen doen in de supermarkt kan een mijnenveld zijn met allerlei ten onrechte als gezond aangeprezen producten, die een aanslag zijn op je portemonnee en je gezondheid op lange termijn zelfs kunnen schaden.
Daarom houdt de Britse arts Tim Spector zijn ogen goed open als hij langs de schappen loopt, opzoek naar rode vlaggen van producten die gezond lijken, maar dat helemaal niet zijn.
Spector is hoogleraar epidemiologie aan King’s College London en medeoprichter van adviesbureau ZOE, dat onderzoek doet naar voedselproducten en voedingsadviezen geeft.
Hij kreeg belangstelling voor voedselonderzoek nadat hij in 2011 een kleine beroerte kreeg. Hij was nog maar 53 en voelde zich behoorlijk gezond. Zijn medische problemen waren aanleiding voor hem om zijn eetgewoonten onder de loep te nemen.
"Ik vond dat ik iets anders moest gaan doen en groot onderzoek zou moeten uitvoeren naar wat ik zou moeten eten en zou moeten doen om gezond oud te worden", zegt Spector tegen Business Insider.
Nu is het zijn missie om consumenten te helpen om zogeheten "health halos" te ontdekken — misleidende claims op ultrabewerkte voedingsproducten die ze voedzaam laten lijken, terwijl ze schadelijk zijn voor je gezondheid.
Dit zijn vier rode vlaggen die je kunnen helpen om twijfelachtige claims te doorgronden en te zorgen dat je daadwerkelijk gezonde producten koopt.
1. Voedsel met het label 'vetarm' heeft vaak toegevoegde stoffen
Spector zegt dat hij ver weg blijft van producten met het label "vetarm", zoals op margarine, yoghurt en andere zuivelproducten.
Producten met weinig vet hebben een lange geschiedenis in de dieetindustrie. De gekte sloeg echt toe in de jaren '80, toen er zorgen kwamen dat verzadigd vet slecht was voor je hart en cholesterolniveau. Bedrijven die 'vetarme' alternatieven van populaire producten verkopen hebben ook geprofiteerd van de mythe dat je meer lichaamsvet krijgt als je vet voedsel eet.
Het probleem is dat het schrappen van vet een grote keerzijde heeft. Aangezien vet smaak en textuur geeft aan voedsel, betekent het weghalen daarvan dat er suiker, zetmeel en bindmiddel moet worden toegevoegd zodat het eindproduct nog altijd wel smaakvol is.

Dat is goed voor producenten die geld willen besparen met het toevoegen van goedkope stoffen, maar slecht nieuws voor consumenten die nu bepaalde vetten missen die van nature in voedsel zitten en goed zijn voor je hart. In plaats daarvan eten ze meer conserveringsmiddelen.
De extra bewerkte koolhydraten die worden toegevoegd in plaats van vetten, kunnen schadelijk zijn voor onze gezondheid, het risico op hartziektes verhogen en een gezonde spijsvertering in de weg staan.
"De voedingsindustrie is daar dol op omdat het goedkoper is om dit soort vetvervangers toe te voegen aan producten, dan daadwerkelijk te betalen voor het natuurlijke vet in ons dieet", zegt Spector.
Als je je cholesterol in de gaten aan het houden bent, dan kun je volgens Spector ook beter geen vetarme producten gebruiken. Hij gebruikt zelf extra vergine olijfolie, in plaats van allerlei kookolieën en vloeibare bak- en braadproducten, omdat er in olijfolie veel gezonde vetzuren en polyfenolen in zitten.
Hij koopt ook volvette boter, omdat uit onderzoek blijkt dat vet in zuivelproducten een beschermend effect kan hebben en het risico op ziektes kan verminderen en je er gezonder oud van kan worden.
2. 'Calorie-arm' kan misleidend zijn
Producten labelen als 'calorie-arm' is vaak een marketingtruc, die erop wijst dat voedsel ultrabewerkt is en vol zit met toegevoegde stoffen, zegt Spector.
"Het betekent dat ze ermee hebben geknoeid", legt hij uit. "Ze hebben er waarschijnlijk wat suiker uitgehaald en kunstmatige zoetstoffen toegevoegd om te verbergen hoeveel suiker erin zit".
Veel kunstmatige zoetstoffen met weinig of geen calorieën zijn niet beter voor je gezondheid dan suiker, blijkt uit onderzoek.

Zo brengt het consumeren van aspartaam, de calorievrije zoetstof die in veel light-frisdrank wordt gebruikt, vergelijkbare gezondheidsrisico's met zich mee als overmatige suiker. Daaronder een hoger risico op hart- en vaatziekten, diabetes en obesitas. Ook kan je er meer door gaan eten, omdat je lichaam vanwege de zoete smaak een energieboost verwacht die nooit komt.
Spector heeft ook nog een ander probleem met het label 'calorie-arm': calorieën alleen zijn geen goede indicator voor of een voedingsproduct wel of niet voedzaam is, zegt hij. Het is veel belangrijker om goed te kijken naar alle voedingsstoffen in je eten, dan je te richten op een geïsoleerde maatstaf. Daarnaast blijkt uit onderzoek dat het aantal calorieën dat op een etiket staat aangegeven tot wel 20 procent kan afwijken van hoeveel er daadwerkelijk in zit.
"Calorieën zijn een totaal verkeerde manier om een voedingsproduct samen te vatten", zegt Spector. "Etiketten zijn niet accuraat en niet bruikbaar, omdat de meeste mensen geen calorie-arm dieet kunnen volgen of goed calorieën kunnen tellen."
3. 'Toegevoegde vitaminen' zijn vaak kwalitatief laagwaardige voedingsstoffen

Op verpakkingen van (ontbijt)granen, sap en melk staan vaak kreten als "toegevoegde vitaminen" of "toegevoegde mineralen".
En hoewel een boost aan vitaminen en mineralen in je eten en drinken een bonus lijkt, is het volgens Spector vaak een stiekeme manier om te verbergen dat voedsel bewerkt is.
Ultrabewerkt voedsel is lang houdbaar en heeft een aantrekkelijke smaak en textuur, die je moet verleiden om te blijven eten. Bij het productieproces worden de natuurlijk in voeding aanwezige vitaminen en mineralen eruit gehaald. En volgens de wet moeten producenten die er daarna weer terug in stoppen, zegt Spector.
Daarom is hij niet erg onder de indruk van voedselproducten die worden aangeprezen als "aangevuld" met vitaminen en mineralen.
Vitaminen en mineralen zijn het meest effectief in onbewerkte voedingsmiddelen, omdat ze dan in grotere hoeveelheden voorkomen en in kwalitatief hoogwaardiger vorm. Dat is makkelijker voor het lichaam op op te nemen dan in de kunstmatige geïsoleerde versie.
4. Wees op je hoede voor claims als 'goed voor je immuunsysteem' of 'goed voor je darmen'
Voedingsproducenten proberen de aantrekkingskracht van hun producten vaak te vergroten door kleine hoeveelheden ingrediënten toe te voegen met vermeende voordelen voor je gezondheid. Echter, omdat de hoeveelheden veel te klein zijn, treden de gezondheidseffecten helemaal niet op. In de supplementenwereld wordt dat "fairy dusting" genoemd.
"Je mag claimen dat iets goed is voor je immuunsysteem als je een microscopische hoeveelheid zink hebt toegevoegd, en dat iets goed is voor je darmen dankzij een klein beetje toegevoegd mangaan … en meer van dat soort nonsens", zegt Spector.
Misleidende gezondheidsclaims komen ook voor in de vorm van labels als "toegevoegde vezels", aangezien je waarschijnlijk geen hoeveelheden krijgt om daar serieus voordeel van te hebben.
"De voedingsindustrie verdient geen geld met vezels. Er is geen grote vezel-lobby. Het is gewoon goedkoop en gezond. En je krijgt er een voldaan gevoel van, zodat je minder eet", zegt Spector.
De makkelijkste manier om etiketten te doorgronden is het controleren van de daadwerkelijke hoeveelheden aan ingrediënten en de grootte van de porties om er zeker van te zijn dat je krijgt wat je wil, zegt Spector. Niet alle bewerkte producten zijn even goed, want met sommige productieprocessen worden bepaalde voedingsstoffen wel behouden.
Spector probeert altijd voldoende voedingsstoffen binnen te krijgen door wekelijks minstens 20 verschillende plantaardige producten te eten, waaronder noten, zaden, kruiden, koffie en goede kwaliteit chocola.
LEES OOK: 16 voedselproducten die je misschien net iets beter kan snijden of schillen dan je nu doet