De Nederlandse regering lijkt van plan om een nationale vliegtaks in te voeren.
Dat melden bronnen aan De Telegraaf.
In het regeerakkoord staat dat het kabinet in 2021 in Nederland een vliegbelasting wil invoeren. Het lukt waarschijnlijk niet om op Europees niveau hiervoor voldoende steun te vinden, dus kijkt staatssecretaris Menno Snel van Financiën naar nationale maatregelen.
Volgens De Telegraaf stuurt hij hierover binnenkort een brief naar de Tweede Kamer.
“De eerste voorkeur gaat nu uit naar een vliegbelasting op lawaaiige en vervuilende vliegtuigen”, aldus de krant. “Als dat niet lukt, moeten Nederlandse reizigers via een tickettaks boeten om de schatkist te spekken.”
Onlangs hintte Snel in het Radio 1-programma 1 op 1 al op de invoering van een vliegtaks.
“Het kan niet zo zijn dat mensen over benzine wel belasting moeten betalen, maar voor de vervuiling van een vliegtuig niet”, aldus de staatssecretaris. "Ik wil het liefst een gezamenlijke, Europese vliegtaks. Als dat niet lukt kunnen we besluiten om belasting te heffen op basis van uitstoot of geluidsoverlast. En als dat niet lukt komt er een ordinaire taks op het vliegticket.”
Vliegtaks schadelijk voor de luchtvaartsector
De Nederlandse luchtvaartsector is sterk tegen de invoering van de vliegtaks, uit vrees voor een verslechtering van de concurrentiepositie.
Waarschijnlijk zal voor korte vluchten een taks van 7 euro betaald moeten worden, voor middellange vluchten 22 euro en voor lange vluchten 40 euro.
Tegen de vliegbelasting is veel verzet. De heffing, die bedoeld is om de staatskas te spekken, zorgt volgens onderzoeker voor een afname van 12,5 miljoen passagiers op Schiphol en het verlies van 37.500 banen.
Onder premier Balkenende werd in 2008 al een belasting op vliegtickets ingevoerd in Nederland. Na amper een jaar werd de taks afgeschaft na felle protesten uit de luchtvaart- en reissector. De economische schade van de heffing bleek veel groter dan wat het de schatkist opleverde. Met name regionale luchthavens hadden zwaar te lijden onder de taks.
Veel Nederlandse luchtreizigers weken uit naar luchthavens over de grens, waar op dat moment geen vliegtaks werd geheven. Sinds 2011 is in Duitsland wel sprake van een dergelijke belasting op vliegtickets.