Technisch zijn verkeersvliegtuigen de afgelopen vijftig jaar stukken
verbeterd: de automatische piloot kan zelfstandig landingen uitvoeren, we
vliegen sneller, de motoren maken minder herrie en ze zijn vooral een stuk
zuiniger.
Uiterlijk zijn de vliegtuigen sinds de invoering van de straalmotor gek genoeg
amper veranderd. De luchtreiziger zit anno 2011 in een cabine die in heel
weinig verschilt van die van veertig jaar geleden. De raampjes zijn klein,
de stoelen krap en zelfs de cabin crew draagt – alle
pogingen tot couturiers ten spijt – nog steeds pakjes uit de jaren
zestig.
Bij Airbus denken ze dat het vliegtuig de komende decennia wel degelijk een
transformatie zou kunnen ondergaan. Allereerst gaat de onzichtbare
vooruitgang ook de komende veertig jaar door.
We vliegen straks niet meer enkel en alleen op kerosine, maar vooral op
biobrandstof die wordt gewonnen uit algen. Daar wordt op
dit moment al druk mee geëxperimenteerd. Ook wil de vliegtuigbouwer
samen met maatschappijen gaan kijken of het niet mogelijk is om net als
vogels en straaljagers in formatie te gaan vliegen. Dat scheelt brandstof.
Maar wat de toekomstbeschouwingen van Airbus zo leuk maakt, is dat hun
conceptvliegtuig voor het jaar 2050 er eindelijk ook echt een beetje anders
uit gaat zien. Bekijk
de slideshow Vliegen in 2050 .
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl