De Vereniging van Effectenbezitters (VEB) wil opheldering van Ahold waarom het bedrijf pas enkele dagen na berichtgeving van de Belgische krant De Tijd bevestigde dat het fusiebesprekeningen voert met branchegenoot Delhaize. Dat meldde de beleggersvereniging vrijdag.
Het aandeel Ahold koerste maandag 11 mei flink hoger, in reactie op het stuk in de krant. Een opvallende beweging voor een ,,defensief bedrijf” zoals de supermarktonderneming. Een dag later, voorbeurs, kwam een persverklaring naar buiten waarin Ahold aangaf dat besprekingen waren gestart. ,,De vraag is of dit niet laat is gezien de koerssprong van de dag ervoor”, aldus de VEB.
Ahold-aandeelhouders die op 11 mei hun aandelen hebben verkocht, hebben mogelijk schade geleden omdat zij niet adequaat door Ahold zijn geïnformeerd over de fusiebesprekingen, zo constateert de beleggersvereniging. ,,Beleggers die maandag in Ahold hebben gehandeld, hadden mogelijk geen kennis genomen van het bericht in De Tijd of hadden gedacht dat het bericht onjuist was”.
Plicht
De VEB wijst op de plicht van een beursgenoteerd bedrijf om koersgevoelige informatie over de eigen onderneming onverwijld, dus zo spoedig mogelijk, algemeen verkrijgbaar te stellen. Deze openbaarmaking moet via een persbericht plaatsvinden. Overigens is uitstel van openbaring soms wel toegestaan, onder voorwaarde dat de uitgevende instelling de vertrouwelijkheid van de informatie zal waarborgen.
,,De VEB doet een aantal aannames die we graag voor rekening van de VEB willen laten, we handelen in al onze berichtgeving conform wet- en regelgeving'', zo reageerde een zegsman van Ahold. ,,We begrijpen dat beleggers en andere partijen nieuwsgierig zijn naar de status, daar hebben we begrip voor. Ik kan nu niet dieper ingaan op de status van de gesprekken, behalve dat ze in een verkennende fase zitten, zoals gemeld op 12 mei. We hebben toen ook gezegd dat we bij materiële ontwikkelingen met berichtgeving zullen komen'', zo voegde hij toe.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl