• Vermogensbeheerder Vanguard heeft een ETF gelanceerd waarmee je belegt in wereldwijde aandelen die zijn gescreend op ESG-criteria.
  • Dit fonds biedt een breed gespreide portefeuille van ruim 4.000 aandelen, maar hanteert niet de meest strikte selectie op duurzaamheid.
  • Business Insider geeft aan waar je als belegger op moet letten om te kunnen beoordelen of een duurzame ETF bij je past.

ANALYSE – Steeds meer beleggers kijken bij hun beleggingsbeslissingen niet alleen naar het financiële plaatje, maar ook naar de prestaties van bedrijven op het gebied van milieu, sociale verantwoordelijkheid en goed ondernemingsbestuur: de zogeheten ESG-criteria (Environment Social Governance).

Volgens ETFGI, een onafhankelijk onderzoeksbureau, ging er vorig jaar wereldwijd maar liefst 187 miljard dollar om in beursgenoteerde indexfondsen (ETF’s) die zich committeerden aan ESG-criteria. Dat is meer dan drie keer zoveel als in 2019.

Fondshuizen spelen daar gretig op in. Voorheen had je als belegger weinig keuze, maar het productaanbod stijgt explosief. Afgelopen jaar kreeg van alle nieuwe beleggingsfondsen die in Europa werden gelanceerd maar liefst de helft het label duurzaam, aldus persbureau Reuters.

De rek lijkt er voorlopig nog niet uit. De jongste aanwinst is afkomstig van Vanguard, de op een na grootste aanbieder van ETF’s ter wereld.

Deze Amerikaanse vermogensbeheerder lanceerde onlangs de Vanguard ESG Global All Cap UCITS ETF (ISIN-codes: IE00BNG8L278 en IE00BNG8L385). Zoals de naam al doet vermoeden is dit een indexfonds dat zich focust op wereldwijde ESG-aandelen.

Het fonds heeft een notering op Euronext en de beurzen van Londen, Zwitserland, Italië en Duitsland.


Wat biedt deze ETF?

De Vanguard ESG Global All Cap UCITS ETF is opgebouwd uit de FTSE Global All Cap Choice Index, een index van 7.500 aandelen uit 47 ontwikkelde en opkomende markten. Deze index is door FTSE Russell, een dochterbedrijf van de beurs van Londen, gescreend op bepaalde ESG-criteria.

De index sluit bedrijven uit die zich bezighouden met wapenhandel, niet-hernieuwbare energie (zoals olie, gas en steenkool) en zogenoemde ‘vice products’ zoals tabak, alcohol, de gokindustrie en porno.

Ook ondernemingen die zich niet houden aan de Global Compact Principles van de Verenigde Naties vallen buiten de boot. Dit zijn tien wereldwijd gehanteerde principes op het gebied van mensenrechten, arbeidsvoorwaarden, milieu en anticorruptie.


Waarin belegt het fonds?

Het indexfonds heeft maar liefst 4.118 aandelen in de portefeuille en is daarmee bijzonder breed gespreid. Er zitten zowel largecap-aandelen in als aandelen van kleinere bedrijven.

De techsector is met een weging van 24 procent het sterkst vertegenwoordigd. Dat is ook terug te zien in de top 10 van grootste individuele beleggingen, die onder andere bestaat uit de Amerikaanse techreuzen Microsoft, Apple, Facebook, Alphabet en Amazon, chipproducent TSMC en de Chinese techgigant Tencent.

Ook voor duurzame consumentengoederen (zoals fabrikanten van luxegoederen en auto’s) is veel plaats ingeruimd, gelet op de weging van 17 procent. Dit geldt ook voor banken en verzekeraars (16 procent), industriële bedrijven en bedrijven in de gezondheidzorg (elk 12 procent). Vanwege het uitsluitingsbeleid nemen energiebedrijven juist een zeer bescheiden positie in, met een weging van 0,3 procent.

De ETF leunt zwaar op Noord-Amerika: bijna twee derde van het fondsvermogen zit hierin. De rest is redelijk evenwichtig gespreid over Europa, Japan en China.


Wat levert het op?

Dat de ETF bedrijven uitsluit die in opspraak zijn vanwege milieuschandalen, schending van mensenrechten of corruptie, is niet alleen in moreel opzicht verstandig, maar ook uit beleggingsoogpunt. Schandalen zijn natuurlijk funest voor de beurskoers.

Wat het effect van het verdere selectiebeleid is op het rendement, zal de toekomst uitwijzen. Er wordt vaak beweerd dat duurzame bedrijven beter presteren dan conventionele bedrijven omdat ze innovatiever en efficiënter zijn, een beter risicomanagement voeren en beter in staat zijn om talentvolle medewerkers aan te trekken.

Maar of duurzaam beleggen daadwerkelijk een hoger rendement oplevert dan conventionele beleggingen, is lastig te zeggen. Het aanbod aan ESG-beleggingen is zo divers, dat het ingewikkeld is om een zuivere vergelijking te maken.

Behalve eventuele koerswinst, strijk je ook dividend op. Het huidige dividendrendement bedraagt 1,5 procent en dat is iets lager dan de huidige inflatie.

Je kunt kiezen voor een variant waarbij het dividend aan jou wordt uitgekeerd ('distributing ETF') of herbelegd (‘accumulating ETF’).

De eerste optie levert een constante inkomstenstroom op. De tweede variant leidt op langere termijn vaak tot een hoger rendement, omdat met de opbrengst automatisch nieuwe stukken worden gekocht, waarover je ook weer dividend ontvangt, enzovoorts.

Naast een financieel rendement mik je bij een indexfonds op basis en duurzame criteria natuurlijk ook op een maatschappelijk rendement.

Heel selectief op duurzaamheid kun je de ETF van Vanguard niet noemen. Het fonds houdt alleen de meest rotte appels buiten de deur. Er zitten nog allerlei bedrijven in de portefeuille die je niet direct met duurzaamheid associeert. Denk bijvoorbeeld aan aanbieders van clouddiensten die gebruikmaken van energieslurpende datacenters.

Bij duurzaamheidscriteria wordt vaak een driedeling gemaakt: ESG-criteria gelden als relatief mild, de zogenoemde SRI-criteria (socially responsible investing) als iets zwaarder en 'impact investing' als de meest strenge voor van duurzaam beleggen. Het fonds van Vanguard zit hierbij dus in de lichtere ESG-categorie.


Wat zijn de risico’s?

'Spreiden is risico mijden', zo luidt een bekende beleggingswijsheid. Hoe meer sectoren een fonds uitsluit, hoe minder spreiding er is en hoe meer specifieke risico's je loopt door blootstelling aan bepaalde sectoren of aandelen.

Over gebrek aan spreiding hoef je je bij de ETF van Vanguard evenwel weinig zorgen te maken. Het fonds kent relatief weinig uitsluitingscriteria en is met ruim 4.000 verschillende aandelen, verdeeld over elf sectoren niet bepaald eenzijdig te noemen.

Voor de rest zijn de risico's vergelijkbaar met die van gewone aandelenfondsen. Om beleggers een indicatie te geven van het risico dat zij lopen, worden alle beleggingsfondsen in de Essentiële Beleggingsinformatie (een standaard document) ingedeeld in een risicoklasse op een schaal van 1 (zeer klein risico) tot 7 (zeer groot risico).

De Vanguard ESG Global All Cap UCITS ETF valt in categorie 5, wat neerkomt op een bovengemiddeld risico.

Verder loop je het risico op dividendlekkage, omdat dit fonds in Ierland is gevestigd. Dat betekent dat je misschien een deel van de buitenlandse dividendbelasting die is ingehouden op uitgekeerd dividend niet kunt terugvragen via je belastingaangifte. Dat gaat ten koste van je rendement.


Wat kost het?

Bij de keuze van een beleggingsfonds is het verstandig om goed naar de kosten te kijken, want deze snoepen een stuk van je beleggingswinst af.

Vanguard houdt jaarlijks 0,24 procent van het belegd vermogen in voor geleverde diensten, zoals handels-, bewaar- en marketingkosten. Dat is zeker niet de hoofdprijs.


Zijn er alternatieven?

Het aanbod van duurzame ETF’s is de afgelopen jaren explosief gegroeid. Hierdoor valt er veel te kiezen, maar het zadelt beleggers ook op met een luxeprobleem: het beleggingsbeleid loopt zo fors uiteen, dat je soms door de bomen het bos niet kunt zien.

De ETF van Vanguard bevindt zich aan de meest lichtgroene kant van het spectrum. Hieronder vallen beleggingsfondsen die alleen bepaalde bedrijven of sectoren uitsluiten. De meeste fondsen in deze categorie beperken zich tot fabrikanten van clusterbommen en sigaretten. Het fonds van Vanguard heeft een iets fijnmaziger filter, waarbij ook enkele meer conventionele sectoren worden uitgesloten, waaronder oliebedrijven en drankenconcerns.

Wil je een stapje verder gaan, dan kun je kiezen voor een fonds dat de zogeheten ‘best in class’-strategie hanteert. Hierbij worden binnen elke sector de bedrijven geselecteerd die het best scoren op de ESG-criteria. Ook hierbij kan nog steeds worden belegd in sectoren die op zichzelf niet per se duurzaam zijn, zoals luchtvaartmaatschappijen.

Een andere optie is een themafonds, dat inspeelt op duurzame thema’s, zoals waterstof, hernieuwbare energie, schoon drinkwater of genderdiversiteit. Je kunt dan profiteren van een bepaalde trend en bijdragen aan een betere wereld, maar zo’n fonds is wel minder goed gespreid en vaak ook wat duurder.

De groenste vorm van duurzaam beleggen is impact beleggen. Hierbij staat maatschappelijk rendement voorop. De fondsbeheerder kijkt niet hoe een bedrijf presteert vergeleken met concurrenten, maar in hoeverre ondernemingen ook echt bijdragen aan een betere maatschappij. Er valt wel koerswinst mee te behalen, maar dat is ondergeschikt aan het maatschappelijke rendement.

Een categorie apart zijn groenfondsen, waarmee je belegt in een door de fiscus erkend fonds dat deelneemt in projecten voor milieubescherming. Hiermee krijg je een aparte vrijstelling voor de vermogensbelasting en een korting op inkomstenbelasting.

Er zijn dus veel smaken bij duurzaam beleggen. Welke het best bij jou past, hangt af van de vraag hoe duurzaam het voor jou moet zijn.


Conclusie: breed gespreid, met lichtgroen sausje

Wie het milieu, de medemens en een gezond ondernemingsbestuur een warm hart toedraagt, kan het best kiezen voor een beleggingsfonds, in plaats van losse aandelen. Het selecteren van de juiste bedrijven is een gespecialiseerd en arbeidsintensief proces. Via een ETF of actief beheerd fonds wordt dit werk jou uit handen genomen.

Het aanbod aan ETF’s die zich in zekere mate met duurzaam beleggen bezighouden, is gigantisch en varieert van licht- tot donkergroen. De Vanguard ESG Global All Cap UCITS ETF behoort tot de eerste categorie. Heel strikt duurzaam is het dus niet.

Wel krijg je tegen lage kosten toegang tot een wereldwijd gespreide aandelenportefeuille. Met een mintgroen sausje.

Lees meer over duurzaam beleggen: