Nederlandse werknemers komen er een beetje bekaaid af, wat betreft het aantal
vakantiedagen. Zij hebben vorig jaar gemiddeld 30 vrije dagen opgenomen,
bijna een week onder het Europees
gemiddelde van 34,4 dagen, zo werd afgelopen week bekend. Dit maakt het
misschien wel extra belangrijk om goed te weten wat je rechten zijn, zodat
je aan voldoende rust toekomt.
Stuwmeren
De tijd dat werknemers eindeloze stuwmeren van vakantiedagen konden opbouwen
is binnenkort voorbij. Nu mag elke werknemer nog gedurende vijf jaar
vakantiedagen opsparen. Maar vanaf komend jaar ben je verplicht alle
wettelijke vakantiedagen binnen zes maanden na afloop van het betreffende
kalenderjaar op te nemen. Daarna zullen deze vervallen. Sparen voor een
langdurig verlof is er dus niet meer bij.
Deze nieuwe regel geldt alleen voor de vakantiedagen die je vanaf 2012
opbouwt. Je ‘oude’ vakantiereserve blijft gewoon vijf jaar geldig. De
regeling geldt bovendien alleen voor de wettelijke vakantiedagen: vier
werkweken. Voor de dagen die hier bij komen -de zogeheten bovenwettelijke
vakantiedagen- blijft de bewaartermijn van vijf jaar gelden.
Helemaal hard is deze regeling overigens niet. Als je ‘redelijkerwijs’ niet
in staat was om tijdig vakantie op te nemen, vervalt die termijn van zes
maanden. Ook is het mogelijk om in onderling overleg de zesmaands termijn te
verlengen.
Onwillige baas
Maar wat nu als je baas het jou onmogelijk maakt om vakantie op te nemen? Je
moet officieel toestemming vragen om weg te kunnen, maar je werkgever moet
wel met jouw wensen rekening houden. Hij of zij mag jouw verzoek alleen
afslaan als ‘gewichtige redenen zich daartegen verzetten’. Het is zijn taak
om aan te tonen dat hiervan sprake is. Bovendien moet hij dit binnen twee
weken kenbaar maken; anders wordt jouw verzoek automatisch gehonoreerd.
Het blijft een lastig en vrij subjectief punt, de vraag wanneer de
bedrijfsvoering zo sterk wordt verstoord dat jouw belangen hieraan
ondergeschikt zijn. Hiervan kan bijvoorbeeld sprake zijn als je werkt bij
een bedrijf dat duidelijke seizoenspieken kent en jij uitgerekend in deze
periode op vakantie wil.
Volgens Marco van Moort, woordvoerder van vakbond FNV Bondgenoten, komt het
niet vaak voor dat werkgevers en werknemers elkaar op dit punt in de haren
vliegen. "Meestal komen ze er wel samen uit." Maar hij wijst er
wel op dat het recht op vier weken vakantie per jaar hard is. "Deze
moet je binnen het jaar kunnen opnemen. Dat is niet zonder reden: je hebt
het nodig om rust te nemen en het verkleint het risico op een burn out."
Als werknemer ben je overigens niet altijd vrij om te bepalen wanneer je
vakantie opneemt. In sommige sectoren, zoals de bouw of het onderwijs, zit
je vast aan collectief verplichte vakantieperiodes.
Vier weken
Op hoeveel dagen heb je eigenlijk recht? In de wet is vastgelegd dat iedereen
per jaar minimaal vier maal het aantal uren dat hij per week werkt als
vakantie mag opnemen. Wie full time werkt, mag dus minimaal twintig
vakantiedagen per jaar opnemen (vier keer vijf dagen). Werk je drie dagen
per week, dan heb je recht op twaalf vrije dagen per jaar.
Let wel: dit is een minimum. Veel werknemers hebben recht op meer
vakantiedagen, omdat dat zo is vastgelegd in hun contract of de cao.
Ziekte
Tijdens je vakantie betaalt je werkgever je salaris gewoon door. Word je ziek
tijdens je vakantie, dan gaan deze dagen niet van je vakantiedagen af, mits
je dit officieel doorgeeft. Ook tijdens zwangerschapsverlof gaat de opbouw
van vakantiedagen gewoon door. Je bouwt tijdens deze periode ook gewoon
vakantietoeslag op: minimaal 8 procent van je bruto jaarsalaris.
Word je langdurig ziek, dan is de opbouw van vakantiedagen nu nog beperkt tot
het laatste half jaar. Maar ook dit gaat veranderen. Vanaf 1 januari krijgen
langdurig arbeidsongeschikte werknemers recht op volledige opbouw van
vakantiedagen.
Niet alleen het minimum aantal vakantiedagen ligt vast; de wet zegt ook iets
over de verdeling ervan. Om te voorkomen dat je je vakantiedagen versnipperd
moet opnemen en hierdoor nauwelijks aan je rust toekomt, is besloten dat
elke werknemer recht heeft op minimaal twee aaneengesloten weken vakantie
per jaar of –als de werkzaamheden dat niet toelaten- minimaal twee keer één
week aaneengesloten.
Uitbetalen
Mocht het niet lukken de bovenwettelijke vakantiedagen op te nemen, dan kun
je er soms ook voor kiezen deze uit te laten betalen. Let wel: dit geldt dus
alleen voor de bovenwettelijke dagen. Wettelijke vakantiedagen mogen niet
worden afgekocht, ook niet als deze worden meegenomen naar het volgende
jaar. Er bestaan ook cao-regelingen die er bijvoorbeeld in voorzien dat je
niet-opgenomen vakantiedagen in natura kunt laten uitbetalen, in de vorm van
bijvoorbeeld een fiets.
Dergelijke regelingen zijn wel op vrijwillige basis. Een werkgever mag jou
niet dwingen je vakantiedagen uit te laten betalen, want je hebt er volgens
je contract gewoon recht op. Omgekeerd is de werkgever niet verplicht om
jouw vakantiedagen af te kopen als jij daarom vraagt.
Of het uitbetalen van niet-genoten vakantiedagen gunstig is, valt overigens te
bezien. Er wordt over dit geld belasting ingehouden. Het kan gebeuren dat je
door dit extraatje net in een hogere belastingschijf terecht komt en over
dat bedrag dus per saldo meer belasting betaalt. Mocht je werkgever over de
uitbetaling van vakantiedagen te veel loonheffing inhouden, dan kun je het
te veel betaalde bedrag terug krijgen via je aangifte voor de
inkomstenbelasting.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl