Binnenkort is het tijd om nieuwe kabels aan te schaffen. Want de bekende USB-aansluiting (type A) die al meer dan twintig jaar oud is, is straks niet meer aanwezig op laptops en smartphones.
USB-C is de nieuwe koning van connectorland. Met de nieuwe standaard kun je zowel data versturen als een apparaat opladen. Een multifunctionele aansluiting, is het idee.
Woensdag gaf chipmaker Intel USB-C een duwtje in de rug door Thunderbolt 3, hun zelfontwikkelde technologie die het meeste uit de USB-C-aansluiting haalt, vanaf volgend jaar gratis beschikbaar te stellen. Fabrikanten hoeven niet langer licentiegelden te betalen. Dat moet Thunderbolt 3 en daarmee ook USB-C in een stroomversnelling brengen.
Dit betekent de komst van USB-C voor jou:
Apparaten gebruiken andere kabels
Nu hebben externe harde schijven, toetsenborden, muizen, printers en andere randapparatuur nog een type A-aansluiting. Maar al die apparaten verlaten binnen niet al te lange tijd de fabriek met een USB-C-poort.
Als je beide aansluitingen vergelijkt, dan die je dat USB-C-stekker een stuk kleiner is. Hij is bijna zo klein als de Lightning-poort van Apple waarmee je de iPhone oplaadt.
Het is een grote vooruitgang.
De Thunderbolt 3-technologie van Intel en USB-C hebben een paar grote voordelen ten opzichte van de oude USB-aansluiting. Om te beginnen gaat het overbrengen van data tussen computers en externe harde schijven een stuk sneller. De recentste versie van USB 3.1, die een type A-connector gebruikt, heeft een overdrachtssnelheid van 10 gigabit per seconde. Met Thunderbolt 3 en USB-C is dat 40 Gbps, vier keer zo snel.
Met Thunderbolt 3 en USB-C kun je ook monitoren aansluiten. HDMI- of DisplayPort-kabels kunnen de prullenbak in. USB-C is zelf geschikt om computers van stroom te voorzien.
Omdat USB-C zo veelzijdig is, kun je bijvoorbeeld op je computer een hub aansluiten met verschillende USB-C-poorten, een kaartlezer en ethernetaansluiting (zie afbeelding hieronder). En om die hub aan de computer te koppelen, hoef je maar één USB-C-poort te bezetten.
Dat is met name aanlokkelijk voor laptopgebruikers. Als ik nu mijn werklaptop mee naar huis wil nemen, moet ik eerst de voedingskabel, de monitor, het toetsenbord, de muis en de ethernetkabel losmaken. Met USB-C en een hub is dat een kwestie van één kabeltje.
Een van de grootste ergernissen is verleden tijd
Het USB-C-stekkertje is symmetrisch, dat betekent dat je 'm nooit verkeerd in de poort kunt stoppen. Bij de oude USB-stekker moest je eerst uitvinden wat de boven- en onderkant was.
Het is nog vroeg.
Het zal enige tijd duren voordat we allemaal zijn overgestapt op de nieuwe USB-standaard. Mensen zullen nog geruime tijd oudere computers gebruiken die alleen over de type A-aansluitingen beschikken. Koopt zo iemand een nieuw apparaat met alleen een USB-C-aansluiting, dan zal-ie een verloopstuk aan moeten schaffen.
Daarnaast heeft Intel Thunderbolt 3 niet in alle recente processoren ingebouwd, waardoor zelfs mensen met vrij nieuwe computers nog niet van de verbeterde overdrachtssnelheden kunnen profiteren. Intel heeft beloofd dat in de toekomst wel te doen.
Apple is vooralsnog de enige fabrikant die USB-C op grote schaal gebruikt. Zo heeft de nieuwe MacBook Pro alleen USB-C-poorten. Microsoft wil er met zijn Surface-hardware nog niet aan.
Het is voor een goede zaak
Alle verandering is moeilijk. Maar USB-C heeft zulke grote voordelen ten opzichte van de oude standaard, dat ik ervan overtuigd ben dat de overstap het waard is. USB-C is een goede vooruitgang.