- De uitslag van de tussentijdse Amerikaanse verkiezingen lijkt een opsteker voor gematigde krachten in de Verenigde Staten.
- Toch is het ‘Trumpisme’ in de Verenigde Staten verre van verslagen, betoogt strategisch analist Andy Langenkamp.
- Dat is uiteindelijk ook een financieel risico in de komende jaren voor de dollar, Amerikaanse aandelen en obligaties.
- Lees ook: Ivanka Trump doet dit keer niet mee met de verkiezingscampagne van haar vader
ANALYSE – De uitslag van de tussentijdse verkiezingen in de VS wordt veelal als positief uitgelegd voor de stabiliteit en vooruitzichten voor de Amerikaanse democratie. De gevreesde Republikeinse tsunami werd niet veel meer dan een rimpeling, maar dat wil absoluut niet zeggen dat de VS in rustiger vaarwater komt.
Weliswaar heeft het ‘Trumpisme’ een tik gekregen, maar de beweging is verre van knock-out. De Amerikaanse democratie is nog altijd kwetsbaar, getuige onder meer de ondermijning van het vertrouwen in het electorale proces, de media, de rechtbanken en het politieke systeem.
Nog altijd gelooft 66 procent van de Republikeinse kiezers dat Biden niet eerlijk en legitiem verkozen is en driekwart is positief over Trump. Overigens denkt van alle kiezers ook slechts iets meer dan zestig procent dat Biden legitiem gewonnen heeft.
Maar onvrede reikt veel verder. Zeven op de tien kiezers is “ontevreden” of “boos” en twee derde vindt dat de Amerikaanse democratie “enigszins” of “zeer sterk” wordt bedreigd.
De belangrijkste instituties boezemen ook maar heel weinig vertrouwen in bij Amerikanen: 25 procent heeft maar behoorlijk veel tot veel vertrouwen in het Hooggerechtshof; het vertrouwen in kranten ligt op een schamele 16 procent; voor ‘Big Business’ is dat nog iets minder met een vertrouwensscore van 14 procent; en voor het Congres ligt dit op een schokkende 7 procent. Dit zijn allemaal historisch lage scores.
De sociale wetenschappers Steven Levitsky en Lucan A. Way schreven twintig jaar geleden al over de opkomst van wat zij competitive authoritarianism noemen. In staten waar een dergelijke vorm van bestuur plaatsvindt doen formele, democratische instituties er wel degelijk toe en worden ze ook als fundamentele middelen gezien voor het verkrijgen en uitvoeren van politieke autoriteit.
Echter, machthebbers schenden de regels die gelden voor instituties (electorale processen, de wetgevende instituties, de rechtspraak, de media) zodanig dat zo’n regime eigenlijk niet meer voldoet aan de gangbare minimale standaarden van democratie.
Voorbeelden van landen die in meer of mindere mate onder deze noemer geschaard kunnen/konden worden zijn Rusland, Venezuela en Turkije. Enkele jaren geleden schreven Levitsky en Way dat 'competitief autoritarisme' bezig is met een opmars richting het westen en dat geen enkele democratie als vanzelfsprekend beschouwd kan worden.
Vertrouwen in Amerikaanse democratie neemt af
De vangrails die de Amerikaanse democratie op de weg houdt, is door de jaren heen gaan eroderen, zoals blijkt uit eindeloze juridische procedures om verkiezingsresultaten aan te vechten, het afkalvende vertrouwen in maatschappelijke instituties en natuurlijk de bestorming van het Capitool van 6 januari 2021 en de lauwe reactie daarop vanuit Republikeinse hoek.
Verschillende organisaties die het democratische gehalte van landen beoordelen, geven de VS dan ook steeds minder punten. Denk daarbij aan de analyses van onder meer Freedom House, The Economist Intelligence Unit en het International Institute for Democracy and Electoral Assistance.
Ondanks het afglijden op de ranglijstjes voor democratie ziet de VS zichzelf nog altijd als dé democratie bij uitstek, waarbij mythes over het Amerikaans exceptionalisme de boventoon blijven voeren. Amerikanen zien zichzelf graag als de enigen die democratie en vrijheid over de wereld kunnen verspreiden.
Echter, gelet op de binnenlandse politieke ontwikkelingen is Amerika misschien niet op weg om een autocratie te worden, maar chronische politieke instabiliteit en onvoorspelbaarheid liggen wel in het verschiet.
Amerikaans model krijgt concurrentie van China
Nu de Verenigde Staten in de ogen van menigeen al langer wankelt, komt ook het politiek-economische model dat de VS propageert onder druk te staan. Het Amerikaans/Westerse model bestaat uit twee fundamenten: economische vrijheid en democratie.
De VS kon vele decennia – ondanks de nodige hypocrisie en fouten – met de overtuiging van het Amerikaanse exceptionalisme en de insteek ‘goed voorbeeld doet volgen’ de wereld laten zien hoe je een samenleving het beste vorm kan geven voor succes. De misschien naïeve verwachting was dat de hele wereld vanzelf een Groot Amerika zou worden.
Maar het aanzien van de VS en het Amerikaanse model hebben behoorlijke averij opgelopen door de financiële crisis van 2008/2009, het geweld in de Amerikaanse samenleving, de grote en groeiende ongelijkheid, de verkiezing van Trump en de sowieso soms beschamende gang van zaken rondom verkiezingen.
Alternatieve modellen zoals bijvoorbeeld dat van Singapore en China krijgen daardoor meer kans, waarbij Beijing kan pochen dat het binnen enkele decennia honderden miljoenen Chinezen uit de armoede heeft gehaald zonder het Amerikaanse kapitalistische democratische model te omarmen.
Econoom Branko Milanovic schreef in deze context: “If the most successful part of mankind is organized according to principles A, and our historical and cultural experience tells us that the best way to organize society is B, how long can this tension persist?”
Bij de midterms heeft de zogenaamde exhausted majority weliswaar flink van zich laten horen en Amerika voorlopig behoed voor een vrije val in het diepe, maar zoals gezegd zijn de vangrails wankel.
De voormalige woordvoerster van president Biden tweette als reactie op de verkiezingsuitslagen en het grote succes van de Republikeinen in wat voorheen een Democratisch Florida was: “So Dems have a Florida problem, but Republicans have a Trump problem. That seems harder to solve.”
Amerika heeft nog altijd een probleem met het Trumpisme. Dat is uiteindelijk ook een financieel risico in de komende jaren voor de dollar, Amerikaanse aandelen en obligaties.
Overigens geldt daarbij dat als Amerika wiebelt, de nog altijd fragiele wereldeconomie wankelt. De VS blijft een politieke, militaire en economische supermacht. Een wankel, onzeker en instabiel Amerika zal eerder angstvallig proberen te voorkomen dat China langszij komt, dan vanuit een positie van kracht handreikingen doen en proberen gezamenlijk zo goed en kwaad als het gaat de troon te delen.
Andy Langenkamp is senior politiek analist bij ECR Research en ICC Consultants