- Op het eerste oog staat de Amerikaanse economie er vlak voor de inauguratie van Donald Trump behoorlijk goed voor.
- Maar econoom Neil Dutta constateert in een bijdrage voor Business Insider dat drie zwakheden Trump en zijn team veel hoofdbrekens kunnen bezorgen.
- Door de sterk gestegen Amerikaanse staatsschuld is er weinig fiscale ruimte om economische tegenslag op te vangen.
- Lees ook: Trump ontkent dat hij voorzitter Jerome Powell van de Amerikaanse centrale bank wil vervangen
ANALYSE – Veel politieke en economische experts zijn het erover eens dat aankomend president Donald Trump wat betreft de Amerikaanse economie een cadeautje krijgt. Ik snap dat best, aangezien de economie er volgens de meeste traditionele maatstaven goed voor lijkt te staan: de werkloosheid is laag, economie is stevig aan het groeien en de arbeidsproductiviteit is robuust. Aangenomen wordt een nieuwe president graag het Witte Huis betreedt met zulke cijfers. Maar ik denkt dat het een stuk gecompliceerder ligt.
Voor Trump is de huidige economie een spiegelbeeld van de economie die hij in 2017 erfde. Aan het begin van zijn eerste termijn was er genoeg ruimte voor groei en was sprake van een opwaarts cyclisch momentum. Trump 1.0 trad aan in een periode van lage inflatie, de nodige speling op de arbeidsmarkt en de opleving van de wereldwijde productieactiviteit.
Dit keert draait de Amerikaanse economie op een acceptabel niveau, maar vertraagt het momentum. De arbeidsmarkt is aan het afkoelen, meer dan de helft van de productiesectoren in de wereld vertonen tekenen van krimp en de Amerikaanse consument is z’n enthousiasme aan het verliezen.
Het team van Trump heeft maar beperkt de mogelijkheid om deze problemen het hoofd te bieden: door de enorme stimuleringsmaatregelen en de sterk gestegen overheidsschuld tijdens de pandemie is er minder fiscale ruimte om economische tegenslag op te vangen dan ooit het geval was. Daardoor zit de komende regering in een veel lastigere positie dan op het eerste gezicht lijkt.
De Amerikaanse economie zal tijdens een nieuwe ambtstermijn voor Trump al snel stuiten op drie zwakheden.
1. De wereldwijde productiesector
Het eerste struikelblok is de wereldwijde productiesector. Wat in het buitenland gebeurt, heeft ook veel invloed op de Amerikaanse industrie. Zo gold Duitsland lang als een industrieel powerhouse Duitsland, maar de productie van de Duitse industrie is lager dan in 2018.
Er is wel wat enthousiasme over de groei in China, maar de groei van het Chinese handelsoverschot impliceert dat het herstel in China niet echt veel doet voor de rest van de wereld. Het lijkt erop dat China de overinvesteringen in de vastgoedsector heeft ingeruild voor overinvesteringen in de industriële sector.
In de VS vond een uitbouw plaats van de halfgeleiderindustrie, maar daarbuiten is er weinig op productiegebied gebeurd. De feitelijke productie van de verwerkende industrie is over het algemeen niet veel verder gekomen. Er was een groei in halfgeleiders en batterijen, dankzij enorme nieuwe stimuleringsmaatregelen van de overheid. Toch werd die tenietgedaan door zwakke resultaten in de vliegtuigbouw en de woningbouw. De totale fabrieksproductie bleef de afgelopen twee tot drie jaar vrijwel gelijk.
2. De Amerikaanse arbeidsmarkt
De arbeidsmarkt is ook een zorgenkindje. De werkloosheid in de VS ligt iets boven de 4 procent, wat een fractie boven het laagste niveau van de afgelopen decennia is. Verschillende data wijzen er echter op dat het lage algemene werkloosheidscijfer de kracht van de banenmarkt overschat.
- Het aantal mensen in de private sector dat ontslag neemt, daalde recentelijk tot een dieptepunt dat we voor het laatst dagen in april 2015. De mate waarin de private sector mensen aanneemt is zelfs terug naar het niveau van 2014. In beide gevallen was het werkloosheidscijfer een stuk hoger, wat suggereert dat dit waarschijnlijk overschat hoe gezond de arbeidsmarkt is.
- De afname van het aantal mensen dat hun baan opzegt, valt samen met een verminderde loongroei - als meer mensen bang zijn om hun baan op te zeggen, zullen ze ook minder snel vragen om een opslag. Aangezien de ontwikkeling van het ontslagpercentage meestal een voorspeller is van de toekomstige loonstijgingen, kunnen we een voortdurende afkoeling van de loon- en salarisgroei verwachten.
- Amerikanen vinden minder gemakkelijk een nieuwe baan, zo blijkt. Het is een reden waarom de mediane duur van de werkloosheid - of: hoelang iemand zonder werk zit - toeneemt.
- Ook de groei van de werkgelegenheid in de private sector is afgenomen. De groei was redelijk stabiel toen Trump voor het eerst het Witte Huis betrad, maar het is de laatste tijd gestagneerd.
De afkoeling van de arbeidsmarkt is belangrijk. Trump mag dan een economie erven vol consumenten die een baan hebben, hun inkomen zal de komende tijd niet sterk toenemen. Daardoor zullen ze minder producten kopen.
Met andere woorden: de motor van de Amerikaanse economie - de wil van burgers om geld uit te geven - is aan het haperen.
3. De vastgoedbranche
Het laatste probleemgeval in de Amerikaanse economie is de vastgoedbranche. Simpel gezegd, is de huizenmarkt een complete puinhoop.
Al sinds september vorig jaar is de vraag naar hypotheekleningen aan het stagneren. De leennormen voor woninghypotheken werden de afgelopen jaren strenger. Toen Trump de vorige keer president werd, werden de loonnormen juist soepeler. Zonder een grotere daling van de hypotheekrente verwacht ik dat de investeringen in woningen het komende jaar matig zullen blijven.
Gelet op de wankele staat van de economie zal het team van Trump waarschijnlijk van start willen gaan met beleidsplannen die de groei te stimuleren. Historisch gezien begint een nieuwe regering met iets tastbaars.
President Barack Obama nam de American Recovery and Reinvestment Act van 2009 aan, Trump had zijn Tax Cuts and Jobs Act en president Joe Biden had het American Rescue Plan, de Infrastructure Investment and Jobs Act en de CHIPS Act. Trump 2.0 krijgt die kans niet.
De enorme begrotingspakketten die tijdens de pandemie zijn aangenomen, zorgden voor hogere inflatie en de noodzaak om de rente te verhogen. Hierdoor zijn de opties voor de nieuwe regering enigszins beperkt. Politiek gezien is er minder bereidheid om het begrotingstekort te laten oplopen door nieuwe maatregelen aan te nemen.
Met een kleine Republikeinse meerderheid in het Huis van Afgevaardigden is het niet meteen voor de hand liggend dat een pakket met belastingverlagingen en hogere uitgaven gemakkelijk door het Congres komt.
Welke opties heeft het team van Trump?
Ik kan er twee verzinnen.
Ten eerste moet de regering van Trump erkennen dat de tijd van overvloed voorbij is. Je kunt niet politiek gezien niet meer alles doen wat je wil doen. Er is geen wereld waarin we de komende jaren miljoenen nieuwe huizen kunnen bouwen en de Amerikaanse productiesector kunnen reorganiseren. Er moeten dus prioriteiten worden gesteld.
Voorlopig betekent dit waarschijnlijk dat Trump moet proberen om geplande uitgaven uit de programma's die Biden heeft opgezet, af te bouwen of te schrappen. Hoewel dit moeilijk kan worden gezien de krappe meerderheid in het Congres, zijn er toch dingen die Trump meteen kan aanpakken.
Hij zou bijvoorbeeld de ongeveer 200 miljard dollar die is bestemd voor het Loan Programs Office van het Energy Department kunnen schrappen. Onder Biden heeft dit departement bijna 30 miljard dollar aan leningen en leninggaranties voor 23 commerciële projecten uitgegeven, voor projecten zoals het ontwikkelen van de binnenlandse toeleveringsketen van batterijen voor elektrische voertuigen, schone waterstof en de vervanging van fossiele brandstoffen in de staalproductie.
De regering Trump zou die geldkraan dicht kunnen draaien.
Hoewel het schrappen van sommige van deze projecten de wind uit de zeilen kan nemen van de Amerikaanse industrie, zou het nemen van stappen om de begroting te consolideren waarschijnlijk enige verlichting brengen op de obligatiemarkt. Er wordt immers aangenomen dat de dramatische toename van de overheidsuitgaven in de afgelopen jaren ten minste gedeeltelijk heeft bijgedragen aan de stijging van de consumentenprijzen.
Politiek gezien denk ik dat de keuze zinvol is voor het team van Trump. Amerikanen hebben tijdens de verkiezingen duidelijk hun voorkeur aangeven voor lagere rentetarieven. En omdat betaalbaarheid een belangrijk punt is voor de kiezers, is het misschien nuttiger om de rente te verlagen dan een nieuwe fabriek die halfgeleiderchips produceert te openen.
Financiële markt heeft vertrouwen in Trump
Ten tweede vraag ik me af of Trump het vertrouwen van de financiële markt sterk kan houden. Terecht of onterecht, er er een positieve stemming, nu Trump heeft gewonnen. De groeiverwachtingen van de VS worden hoger ingeschat dan die van de rest van de wereld - vandaar dat Amerikaanse smallcapaandelen een sprong hebben gemaakt ten opzichte van opkomende markten.
Wat is er anders aan de recente reactie op financiële markten in vergelijking met de vorige keer dat Trump werd verkozen? Olie, koper en goud daalden allemaal de dag na de verkiezingen van afgelopen november, maar stegen de dag na de verkiezingswinst van Trump in 2016.
Bij het beschrijven van de marktbeweging na de verkiezingen zei voorzitter Jerome Powell van de Federal Reserve: “Het lijkt erop dat de bewegingen niet in de eerste plaats te maken hebben met hogere inflatieverwachtingen. Ze gaan echt over een gevoel van meer kans op sterkere groei en misschien minder neerwaartse risico's.”
Als Trump in staat is om een aantal van zijn meer zorgwekkende plannen minder gewicht te geven, zoals de hoge importtarieven die hij wil invoeren, dan wordt de Federal Reserve niet gedwongen om de rente op een relatief hoog niveau te houden en blijft de economie draaien.
Dit is een van de redenen waarom de invulling van het economische team van Trump zo belangrijk is. De keuze van de minister van Financiën is in dit verband van groot belang voor het economische beleid van de komende jaren. Gelet op de reactie van de aandelenmarkt is het duidelijk dat de keuze voor Scott Bessent goed is ontvangen.
Neil Dutta is hoofd Economie van Renaissance Macro Research.