- Topbelegger Jeremy Grantham voorspelt al bijna twee jaar dat de Amerikaanse beurzen overgewaardeerd zijn en dat sprake is van een zeepbel.
- De door Grantham voorspelde beurscrash van 30 procent tot 50 procent is echter uitgebleven.
- Toch gelooft Grantham, die onder meer de dotcomzeepbel en de financiële crisis van 2008 voorspelde, nog steeds dat er een grote klap aankomt.
- Lees ook: ‘Beleggen is iets anders dan speculeren op de beurs’ – deze 2 aandelen zijn het best gepositioneerd voor de AI-revolutie, volgens een zeer succesvolle fondsmanager
Beursveteraan Jeremy Grantham is medeoprichter van de Amerikaanse vermogensbeheerder GMO en staat bekend als expert op het gebied van zeepbellen op de beurs. Sinds bijna twee jaar waarschuwt Grantham voor een nieuwe, grote zeepbel op de aandelenmarkt. Maar vooralsnog is die niet geknapt.
In januari 2022 schreef Grantham in een artikel dat de brede, Amerikaanse S&P 500-index zich in een zeepbelfase bevond, waarbij de bubbel leeg kon gaan lopen. Na een zwak jaar voor aandelen in 2022, zijn beurzen dit jaar echter weer aardig opgekrabbeld. Van een serieuze beurscrash is nog geen sprake geweest.
Toch is Grantham niet onder de indruk. Hij heeft vaker gezien dat er beursrally’s plaatsvinden, als de beurs al zwaar is overgewaardeerd. Zo waarschuwde Grantham in 1998 voor de dotcomzeepbel, maar daarna stegen aandelenmarkten nog eens 50 procent, om vanaf het jaar 2000 pas echt te imploderen.
Grantham was er ook vroeg bij met de kredietcrisis van 2008, waarbij hij zowel de beurscrash als het herstel vanaf maart 2009 goed voorspelde.
Over de huidige zeepbel op de beurs zegt Grantham in een gesprek met Business Insider: "Het duurt soms even voordat het zich uitkristalliseert."
Grantham verwacht een aanzienlijke daling van aandelenkoersen. Hij schat momenteel in dat de S&P 500 zal zakken tot een niveau van in ieder geval 3.200 punten. Als de VS te maken krijgt met een zwaardere recessie kan de index zelfs dalen tot 2.200 punten.
Vanaf het huidige niveau van de S&P 500 van iets meer dan 4.600 punten zou een daling naar 3.200 punten een neerwaartse beweging van 30 procent betekenen. Een daling naar 2.200 zou een ruime halvering opleveren.
Ter onderbouwing verwijst Grantham onder meer naar de waarderingsmaatstaf van beursstrateeg John Hussman, die kijkt naar de totale marktwaarde van niet-financiële aandelen ten opzichte van de totale toegevoegde waarde van bedrijven buiten de financiële sector. Op dit moment noteert deze waarderingsmaatstaf boven het niveau van de dotcomzeepbel.

Foto: Hussman Funds
De waarderingsmaatstaf van Hussmann kent een sterke correlatie met het rendement van aandelenmarkten op de lange termijn. Het huidige waarderingsniveau van de Amerikaanse beurs suggereert een periode van twaalf jaar met negatieve jaarlijkse rendementen om de waardering van de S&P 500 in lijn te brengen met het historische gemiddelde.

Foto: Hussman Funds
In de optiek van Grantham is de beurs zeker niet rijp voor een langdurige stijging van aandelenkoersen. Naast de hoge waarderingen van aandelen heeft dat ook te maken met het feit dat de Amerikaanse economie nog niet op een dieptepunt zit en dat beleggers behoorlijk positief zijn.
"Voor een echt goede 'bull market' moet je teruggaan naar 2009, toen de werkloosheid hoog was, er veel pessimisme heerste en aandelen goedkoop waren", zegt Grantham.
"Je ziet nu ook dat beleggers redeneren: als het niet acuut misgaat, zal het wel oké blijven. Maar ergens de komende jaren zul je een flinke dip zien in het sentiment."
Vooralsnog zijn de prognoses van Grantham voor de S&P 500-index een stuk pessimistischer dan de consensus onder analisten op Wall Street. Van de grote zakenbanken is JP Morgan het meest conservatief met een koersdoel van 4.200 punten eind 2024.
Wat de Amerikaanse economie betreft, zijn er steeds meer signalen dat er een recessie aankomt, aldus Grantham. Zowel de zogenoemde omgekeerde rentecurve (waarbij de rente op kortlopende staatsleningen hoger is dan de rente op langlopende leningen), als de Leading Economic Index van de Conference Board, wijzen op een verzwakking van de Amerikaanse economie.
"De voorlopende indicatoren geven aan dat we een sluitstuk krijgen van een grote zeepbel dat vrij gebruikelijk is in een dergelijke situatie", zegt Grantham.
Waar kun je beter wel of juist niet beleggen
Grantham zou vanuit strategisch oogpunt momenteel niet in Amerikaanse aandelen beleggen, gelet op de hoge waardering én de economische verzwakking die hij verwacht. "Het feit dat ik dit de afgelopen twee jaar heb gezegd en er helemaal naast zat, sterkt me slechts in mijn opvatting. Dat komt mede doordat de kloof tussen de waardering van aandelen in de VS en de rest van de wereld ongekend is geworden", zegt hij.
Het verschil in de waardering van aandelen uit opkomende markten en aandelen uit de VS is historisch groot, net als het verschil in de waardering van groei- en waardeaandelen. Dat laatste maakt waardeaandelen volgens Grantham aantrekkelijker.
"Aandelenmarkten buiten de VS zijn zeer redelijk gewaardeerd", stelt Grantham. "Dit is, net als in het jaar 2000, vooral een Amerikaans fenomeen rond groeiaandelen en meer specifiek rond de 'Magnificent Seven'. Maar in de rest van de wereld ziet het er veel minder extreem uit. Dat geldt vooral voor aandelen uit opkomende markten en voor waardeaandelen."
Voor beleggers die wel in de VS beleggen, wijst Grantham op vier sectoren die voor de langere termijn potentieel bieden: grondstofbedrijven, bedrijven die inspelen op de klimaatcrisis, zogenoemde 'deep value'-aandelen en kwaliteitsaandelen van bedrijven met sterke financiële buffers en een stevig verdienmodel.