- De Nederlandse tiny house-pionier Marjolein Jonker bouwt in het Overijsselse Olst-Wijhe aan de nieuwste versie van het klein wonen-model.
- Na vijf jaar alleen maar regenwater gebruikt te hebben, weet ze: douchen is een luxe die je moeilijk kan opgeven.
- Woningcorporaties onderzoeken ook mogelijkheden om deze duurzame, grotendeels zelfvoorzienende kleine woningen aan de man te brengen.
- Lees ook: Ik ben al 4 jaar bezig om een tiny house te bouwen – dit zijn de 7 grootste problemen die ik ben tegengekomen
In Nederland is Marjolein Jonker een tiny house-pionier van het eerste uur. De afgelopen vijf jaar woonde ze in Alkmaar in een huis van minder dan twintig vierkante meter. Volledig off the grid, zoals dat heet in de gemeenschap van milieubewuste kleine huizenbewoners.
Jonker verruilt komend jaar haar bescheiden woning voor iets wat ze zelf een tiny house 2.0 heeft bestempeld. Een nieuwe, permanente kleine woning die nog duurzamer, milieubewuster en meer recyclebaar is. Het grootste verschil? Deze tiny house in de nieuwe wijk Olstergaard in het Overijsselse Olst-Wijhe komt op een eigen kavel en krijgt dus een permanente omgevingsvergunning.
Daarnaast is dit minihuisje niet helemaal off the grid, want voor een permanente bewoning is een aansluiting aan de waterleiding toch echt wel een must. “Alleen maar met regenwater douchen is een uitdaging. Soms regende het twee maanden achter elkaar niet, dat soort periodes gaan in de toekomst alleen maar langer worden.”
Business Insider sprak met de tiny house-evangelist over de bouw van haar nieuwe woning.
Het huisje waarin Jonker de afgelopen vijf jaar in Alkmaar woonde, heeft ze onlangs verkocht. Voor 55.000 euro. “En ja, dat is met winst”, lacht ze aan de telefoon. Met een kleine twintig vierkante meter zit ze daarmee op een vergelijkbare vierkantemeterprijs voor een appartement in de Randstad. Al is dit de prijs voor het huis zonder de grond.
“Er is in dat huisje natuurlijk wel het een en ander gesponsord”, vertelt ze. “Dus het heeft mij minder gekost. Ik heb er wel ontzettend veel werk ingestoken om alles uit te zoeken en de tiny house-beweging in Nederland op gang te brengen.”
'Ik heb geen energierekening straks'
Jonker verruilt Alkmaar, waar ze voor vijf jaar een vergunning had om tijdelijk te wonen, voor een permanent plekje aan de IJssel. In april moet daar de bouw voor haar nieuwe permanente tiny house, in de nieuwe wijk in de Overijsselse gemeente Olst-Wijhe, afgerond zijn.
"De grond kost 108.610 euro inclusief btw en het huisje inclusief installaties, fundering, et cetera ongeveer een ton". En ook dit keer wordt een deel van de tiny house gesponsord.
Het duurste aan de bouw is volgens Jonker het hout en de mensuren. Zeker in deze periode van sterk gestegen prijzen. "De installaties om off the grid te kunnen functioneren zijn natuurlijk ook een flinke kostenpost. Maar ik heb geen energierekening straks, dat is natuurlijk belangrijk om niet te vergeten."
Niet altijd kunnen douchen is voor sommigen brug te ver
Sprout, zoals de kleine woning moet heten, wordt onderdeel van de duurzame, circulaire en natuurinclusieve woonwijk Olstergaard. En dat is een bewuste keuze geweest van Jonker. “Wijken als de Olstergaard laten zien: hier gaan we het anders doen. Hier wordt in harmonie geleefd met de natuur, omarmen we een diversiteit aan woonvormen en zorgen we voor biodiversiteit. Hier bouwen en leven we binnen de grenzen van wat de aarde aan kan.”
De tiny house die Jonker in Olst-Wijhe gaat bouwen, moet nog ecovriendelijker en, voor een breed maatschappelijk publiek, toegankelijker worden dan de verplaatsbare woning die ze de afgelopen vijf jaar bewoonde. Die was voor veel nieuwsgierige mensen die Jonkers open huizen bezochten of online tegenkwamen, een brug te ver. “Te klein en helemaal off grid.”
Voor elektriciteit was ze afhankelijk van drie zonnepanelen en voor haar water van wat zij kon opvangen aan regenwater. “Voor ouder wordende mensen is dat niet helemaal wat ze zoeken, al willen ze wel graag kleiner wonen.”
Zelf vond ze het ook een behoorlijke uitdaging, grapt Jonker. “Soms regent het twee maanden niet in Nederland. En die periodes van droogte gaan in de toekomst toenemen.” Sprout wordt dan ook aangesloten aan de waterleiding. Maar, verzekert Jonker, de wc doorspoelen zal nog steeds gebeuren met regenwater.
Dat water wordt opgevangen in een 4500 literzak van JustNimbus die verstopt zit in de ruimte onder de vloer van de kas. “Die luxe van altijd kunnen douchen willen mensen niet opgeven, dat snap ik. Dat moet je niet van mensen verwachten. Maar je kunt wel je wc doorspoelen met regenwater. Daarmee bespaar je 36 liter drinkwater per dag per persoon. Dat maakt echt een groot verschil omdat er geen energie nodig is om dat water te zuiveren.”
Duurzaam en zelfvoorzienend wonen
Het huisje in Olst-Wijhe wordt geïsoleerd met houten dak- en gevelbekleding die niet met chemicaliën zijn behandeld, maar wel vijftig jaar mee kunnen. Het hout slaat volgens maker Platowood zestig procent meer CO2 in het hout op dan dat er wordt uitgestoten met het transport en het productieproces.
Ook verruilt Jonker de propaanfles - die ze gebruikte om mee te koken en warm te douchen - voor een elektrische boiler, luchtwarmtepomp en een inductiekookplaat die zijn aangesloten op haar zonnepanelen. Een accupakket van Victron Energy zorgt ervoor dat ze "ook wanneer de zon niet schijnt die apparatuur kan gebruiken".
Het klinkt wel als een heel gedoe om een tiny house te ontwerpen, bouwen en in te wonen. Is het een oplossing voor de schaarste op de woningmarkt? Niet echt, denkt Jonker. In de stad zal het op de meeste plekken beter werken om woningen te stapelen of schakelen. "Maar aan de randen van de stad, als overgang naar het buitengebied, daar kan het weer wel heel goed."
Voor Jonker en vele tiny house-liefhebbers met haar is zo'n klein duurzaam huisje meer een manier om in de natuur, en met de natuur te leven. Haar huisje komt op een kavel van 374 vierkante meter te staan. "Ik wil een grote tuin aanleggen met permacultuur-principes en daar grotendeels zelfvoorzienend van kunnen leven. Dat kan niet in het centrum van Amsterdam."
Een op de vijf woningcorporaties bezig met tiny houses
Inmiddels hebben meer dan een op de vijf woningcorporaties in Nederland inmiddels plannen voor tiny house-projecten.
De interesse is er dus. Dat blijkt ook uit het feit dat de prijzen op de markt voor tiny houses meestijgen met de krappe woningmarkt. Een blik op TinyFindy, een Funda voor dit soort microwoningen, laat zien dat ook hier huisjes voor een ton of meer te koop worden gezet.
"De prijsstijging op de tiny house-markt heeft grotendeels te maken met de snel stijgende materiaal prijzen", vertelt Jonker. “Dat merk ik nu ook wel. Het is niet de beste tijd om een houten huis te laten bouwen. Alles is nu gewoon duurder.”
In Nederland is het vinden van betaalbare beschikbare grond volgens Jonker het grootste obstakel voor de tiny house-beweging. "Dit soort huisjes zijn niet interessant voor grote ontwikkelaars, die toch het makkelijkst aanspraak maken op grond en daar geld willen verdienen met de grootste huizen." Jonker pleit ervoor dat gemeenten kleine kavels beschikbaar moeten stellen voor particuliere initiatieven zoals het hare.
In april 2022 betrekt Jonker haar nieuwe tiny house in Olst-Wijhe. In Alkmaar organiseerde ze regelmatig open huizen, iets wat ze in de toekomst iets minder gaat doen. "In Alkmaar ben ik een pilotproject gestart op een plek waar eerst niets dan grasland was. We wilden graag aan Nederland laten zien wat tiny houses zijn en waar de tiny house-filosofie over gaat. Nu ga ik in een woonwijk wonen, dat is toch een andere situatie. Misschien organiseer ik een keer een open huis als mijn buren dat leuk vinden."