De prestaties van zonnepanelen kunnen behoorlijk uiteen lopen, zo blijkt uit een test met panelen van 30 verschillende merken.

De vergelijkingssite Zonnepanelen.net voert sinds juni dit jaar een praktijktest uit met zonnepanelen van verschillende merken. Hierbij zijn panelen van dertig verschillende merken onder gelijke omstandigheden in een testcentrum in Ede opgesteld.

De resultaten over de zomermaanden juli en augustus laten zien dat de verschillen in rendement kunnen oplopen tot 12 procent. Volgens mede-oprichter Marcel Blaauw van Zonnepanelen.net geven de zomermaanden een goede indicatie voor de prestatie over de rest van het jaar omdat in deze periode de hoogste opbrengst wordt gehaald.

Zonnepanelen: opbrengstverschil

Het verschil van 12 procent tussen de best presterende en de zwakste panelen komt volgens Blaauw neer op ongeveer 1.000 euro minder opbrengst over een periode van tien jaar, voor een gemiddeld huishouden. “Dat is 20 procent van de aanschafwaarde.”

Uit een laboratoriumtest van het vermogen bleek overigens ook dat bij ongeveer de helft van de geteste panelen het daadwerkelijke vermogen lager was dan de opgegeven capaciteit.

De top 5 bestaat uit panelen van respectievelijk Solar Frontier (Japan), Renesola (China), NSP (Taiwan), Conergy (Duitsland) en Boviet (Vietnam). Bij dit clubje zit dus maar één Europese partij.

Dunne-filmtechniek

Interessant is dat het best presterende paneel uit de test, de SF-170-S van Solar Frontier, niet tot de veelgebruikte polykristallijne zonnepanelen behoort, maar gebruik maakt van de zogenoemde dunne-filmtechniek. De rendementsverschillen in de top 5 zijn overigens niet heel groot. Zo presteert het paneel van Solar Frontier 1,4 procentpunt beter dan dat van de nummer vijf, Conergy.

Het verschil tussen het rendement van het paneel van Solar Frontier en de twee zwakste panelen bedraagt respectievelijk 12,4 procentpunt (paneel van TSMC) en 10,7 procentpunt (paneel van Sunrise Solartech).

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl