Tesla heeft inmiddels bijna 400.000 aanbetalingen van 1.000 dollar binnen voor de Model 3, een relatief betaalbare elektrische auto. Daarmee verstevigt de Californische fabrikant zijn reputatie als de ‘Apple onder de autobouwers’. Boerenbusiness.nl vraagt zich af: wat kunnen trekkerfabrikanten hiervan leren?

Tesla heeft wereldwijd zo’n ijzersterke reputatie voor knappe elektrische auto’s opgebouwd dat 170.000 personen besloten er eentje te reserveren in de eerste 24 uur nadat hij werd gelanceerd. Het enige wat je hoefde te doen was een aanbetaling van 1.000 dollar te doen. Inmiddels staat de teller op bijna 400.000, ofwel bijna 400 miljoen dollar. Geen slecht nieuws voor een fabrikant die redelijk krap bij kas zit.

Er zijn veel gelijkenissen tussen Tesla en ’s werelds meest vermogende bedrijf: Apple. Beide zetten ze innovatieve producten in de markt waar mensen graag fiks geld voor neertellen. Dat levert een ijzersterke reputatie op.

Het grootste verschil? Apple kan de Griekse staatsschuld met één overboeking laten verdwijnen. Tesla kreeg het voor elkaar om de helft van haar kapitaal er in een jaar tijd doorheen te jagen. Die pre-orders hebben ze dus hard nodig. Het is een vorm van financieren. Die is niet in de minste plaats nodig om al die accu’s te kunnen produceren.

Impuls trekkerwereld

Wat heeft dat alles nu met trekkerfabrikanten te maken als John Deere, CNH en Agco? Voordat Tesla in 2008 het levenslicht zag (het werd in Europa pas eind 2012 een klein succes) waren andere fabrikanten al actief met een elektrische (hybride) auto. Denk aan de Toyota Prius. Daarvan zijn er genoeg verkocht maar, een goede reputatie heeft hij zeker niet.

Dat is exact de reden waarom Tesla de vloer aan veegt met iedere andere fabrikant en in 2015 de meest verkochte elektrische auto was wereldwijd. De trekkerwereld heeft ook zo’n impuls nodig.

John Deere was eind jaren 2000 de eerste die als grote trekkerfabrikant de elektrische aandrijving omarmde met hun E Premium-modellen. Die zitten nog steeds in het programma – je kunt bijvoorbeeld een kunstmeststrooier of barbecue elektrisch aandrijven – maar succesvol zijn ze niet. Net als bij de auto industrie wordt in een bestaand model een elektromotor/generator gepropt.

Bij Tesla gaat het niet om die elektrische aandrijving. Ze bouwen gewoon een gave auto die 'toevallig' volledig elektrisch rijdt. Een prijskaartje van minimaal 70.000 euro van de Model S is nog steeds relatief gunstig wanneer je kijkt wat BMW voor bijvoorbeeld een M5 vraagt, die mindere specificaties heeft.

Voor een Nissan Leaf betaal je 30.000 euro en kun je 50 km op een accu rijden. Tel je 1.000 euro meer neer dan heb je straks een Model X die in zes seconde naar 100 km/u optrekt. Die lage prijs is misschien wel de reden waarom Tesla het financieel niet breed  heeft.

Hippe trekker

Misschien is het tijd dat de knappe koppen in Silicon Valley de agrarische sector eens onder handen nemen. Een nieuwe trekker die wél alle functionaliteiten van een standaard model heeft maar dan met een elektrische aandrijving die minstens een kleine dag mee gaat.

Hij moet er gelikt uitzien – het liefst beter dan wat nu verkrijgbaar is – en zich qua imago kunnen meten aan Fendt, de Duitse fabrikant van landbouwmachines die bekendstaat om zijn kwaliteit. Een geïntegreerde GPS erin en Apple Tractor Play en je bent klaar. Zouden boeren dan ook in de rij staan om 1.000 euro aan te betalen voor hun Tesla E Tractor voor de prijs van een Zetor?

Een bijkomend voordeel - naast een dikke trekker op de dam - kan dan ook financiële meevaller zijn. De overheid maakt zich nu al zorgen over de Model 3, die waarschijnlijk vanaf 2018 in Nederland te koop zal zijn. Eén van de redenen waarom elektrische auto's zo populair zijn ligt bij de belastingvoordelen. Ook de prijs van een trekker is fors. Misschien dat staatssecretaris Wiebes van Financiën naast de leaserijders ook de boeren kan sponsoren.

Lees ook op Boerenbusiness.nl

Airinov wil dronemarkt voor boeren in rap tempo veroveren

Verse frites veegt de vloer aan met grote fabrikanten

Overheid grijpt niet in om kalfje bij koe te houden

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl