Ouderen hebben de afgelopen jaren het meest moeten inleveren, stelt lijsttrekker Henk Krol van 50PLUS. Maar uit recente cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek blijkt een ander beeld.
Het aantal 55-plussers dat financieel onafhankelijk is, is sinds de eeuwwisseling hard gestegen. Dat blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek die Trouw heeft opgevraagd.
Meer ouderen tussen de 55 en 65 jaar stonden in 2014 financieel op eigen benen dan in 2001.
De cijfers zijn enigszins vertekend door het optrekken van de AOW-leeftijd naar 67 jaar. Daardoor blijven ouderen langer aan het werk. Ook is het percentage oudere vrouwen dat een baan heeft flink gestegen, waardoor relatief gezien meer ouderen financieel onafhankelijk zijn.
Toch blijkt ook uit andere statistieken dat ouderen er beter voorstaan dan vijftien jaar geleden. Onder geen enkele leeftijdsgroep is de armoede deze eeuw zo sterk afgenomen als bij 65-plussers. Bij mensen tussen 40 en 55 was er juist een toename.
Ook zijn de inkomens van 60-plussers deze eeuw flink omhoog gegaan, terwijl jongeren onder de 30 er het meest op achteruit gingen.
Deze eeuw zijn vooral inkomens van 60+ gestegen. Jongeren onder de 30 gingen er t meest op achteruit. #welvaartinNL pic.twitter.com/4F4XvVIw35
— Peter H van Mulligen (@phvmulligen) 30. Juni 2016
Dat blijkt ook uit de cijfers die Trouw heeft opgevraagd. Jongeren staan er financieel slechter voor dan vijftien jaar geleden. Waar rond de eeuwwisseling nog 45 procent van de mensen tussen 20 en 25 jaar financieel onafhankelijk was, is dat nu gedaald naar een kwart. Ook bij de 25- tot 30-jarigen daalde het vermogen om zelf de eigen broek op te houden.
Voor vicevoorzitter Kristina van der Molen van FNV Jong komen de cijfers niet als een verrassing. "Afgestudeerden werken soms veertig uur per week voor 250 euro per maand. En dat zo een jaar lang", zegt ze tegenover de krant. "Dan ontkom je er niet aan je hand op te houden bij je ouders. Terwijl er vroeger startersfuncties waren voor het minimumloon of iets erboven."
Een vaste baan zit er bovendien voor steeds minder in voor twintigers. Ze moeten het doen met flexibele contracten en deeltijdbanen.
Niet voor niets is het aantal jongeren dat om financiële redenen weer bij de ouders intrekt sinds de jaren 80 niet zo hoog geweest.