Erg uitbundig waren de winsten die de belangrijkste beursgraadmeters boekten echter niet. Een teleurstellend macrocijfer, de Amerikaanse detailhandelsverkopen, hield de kooplust in bedwang. Uit cijfers van het ministerie van Handel bleek dat de winkelverkopen in de belangrijke maand december met 0,3 procent zijn gedaald. Analisten rekenden gemiddeld op een stijging met 0,5 procent.

De toonaangevende Dow-Jonesindex eindigde op een stand van 10.710,55 punten, 29,78 punten (0,3 procent) boven het slot van woensdag. De breder samengestelde S&P 500-index klom 2,78 punten, ofwel 0,2 procent, tot 1148,46 punten. De door technologiefondsen gedomineerde Nasdaq sloot 8,84 punten hoger op 2320 punten. Dat betekent een winst van 0,4 procent.

Intel

Bij de Dow-fondsen was Intel de op een na grootste stijger met een plus van 2,3 procent. De farmaceut Merck (plus 2,7 procent) bezette de eerste plaats, zonder dat daar een duidelijke reden voor was.

Ook Oracle was populair na een gunstig analistenrapport over het bedrijf van zakenbank Morgan Stanley. De bank stelde ook zijn koersdoel voor het aandeel naar boven bij. Oracle werd 2,4 procent meer waard.

Apple

Apple (min 0,6 procent) kon niet mee profiteren van het positieve sentiment in de techsector. Mogelijk had dat te maken met het nieuws dat het fotografieconcern Kodak Apple en Research In Motion (RIM) voor de rechter heeft gedaagd. Volgens Kodak hebben beide ondernemingen een patent op het gebied van digitale fotografie geschonden. Het aandeel Kodak werd 2,8 procent meer waard.

Bankaandelen stonden in de belangstelling nadat de Amerikaanse president Barack Obama donderdag een plan had gepresenteerd voor een omvangrijke belasting op financiële instellingen. De heffing moet over de duur van tien jaar 90 miljard dollar opleveren. Het geld is bedoeld om verliezen uit het reddingsprogramma voor de financiële sector te dekken. Deze verliezen bedragen ongeveer 117 miljard dollar. Bij de grote financiële concerns op Wall Street eindigden Bank of America, JP Morgan Chase en Citigroup 0,2 tot 1,3 procent hoger.

Op de valutamarkt noteerde de euro 1,4505 dollar. De olieprijs stond 0,5 procent lager op 79,23 dollar.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl