Groot-Brittannië komt als een van de eerste ontwikkelde landen ter wereld met een nieuwe belasting op digitale diensten. De digitaks geldt alleen voor techreuzen van het formaat van Facebook en Google. De maatregel werd aangekondigd door de Britse minister van Financiën Philip Hammond.
Verschillende landen denken al langer na over manieren om inkomsten van buitenlandse digitale diensten terecht te laten komen in het land waar diensten worden gebruikt. Hammond zinspeelde al eerder op een Brits initiatief als een Europese oplossing te lang op zich zou wachten.
In de Europese Unie, waar unanimiteit is vereist, liggen landen als Tsjechië dwars omdat ze vrezen dat de heffing meer kost dan oplevert.
De nieuwe heffing moet in april 2020 ingaan en jaarlijks 400 miljoen pond (bijna 450 miljoen euro) opleveren. Kleine bedrijven en startups worden uitgezonderd van de belasting, zodat het vestigingsklimaat voor zulke bedrijven niet wordt aangetast.
Het Verenigd Koninkrijk, dat van oudsher wordt gezien als techvriendelijk land, mikt met de digitaks op de wereldwijde omzet van de grote bedrijven in plaats van op de winst, zoals gebruikelijker is bij heffingen. Dat kan er volgens kenners voor zorgen dat het land minder populair wordt bij die bedrijven.
Techbedrijven hebben de laatste tijd flink uitgebreid in het Verenigd Koninkrijk in de strijd om hoog opgeleid personeel. Onder meer Google, Apple en Snapchat-moederbedrijf Snap zijn bezig aan uitbreiding van hun kantoren in Londen. Woordvoerders van Google, Facebook en Twitter konden niet direct reageren.