Bedrijf: Poikos
Product: FlixFit. Met deze software kunnen websites die kleding
verkopen klanten helpen de juiste maat te kiezen. Op basis van twee digitale
foto’s van je lichaam, een van recht van voren en een van de zijkant, wordt
een 3D beeld gemaakt, een soort ‘avatar’ met jouw maten.
Wie? Eleanor Watson en David Evans
Waar? Amsterdam en Birmingham
Echt goede ideeën ontstaan vaak uit frustratie over gebrekkige diensten of
producten. FlixFit is geen uitzondering. "Ik heb brede schouders en het
is heel erg lastig om dan online een goed topje te vinden", vertelt
Eleanor Watson. Veel kleding die ze voor zichzelf bestelde, ging weer retour
afzender.
Nu is Watson zeker niet de enige die worstelt met haar maten als ze op
internet kleren aanschaft, maar wel een van de weinigen die wat weet van computer
forensics. "Wat je met computer forensics doet is met een klein
beetje informatie toch een compleet beeld creeëren", zegt Watson.
Vanuit die gedachte ontwikkelde ze samen met programmeur David Evans FlixFit.
De software gebruikt simpele digitale foto's van matige kwaliteit, want
geschoten met behulp van een webcam of de camera van een telefoon, om een
3D-beeld te krijgen.
Een foto en face, en eentje en profil resulteren in een digitale paspop met je
eigen maten. Enige voorwaarde: zorg dat je weinig, of strakke kleren aan
hebt.
Wat zie voor FlixFit al belangrijkste markt?
"E-commerce. Er wordt in Europa alleen al voor 25 miljard euro aan
kleding online gekocht. 25 tot 40 procent daarvan gaat retour. Vaak omdat
het gewoon niet goed past. Wij lossen dat laatste probleem heel goedkoop en
effectief op. Webshops kunnen FlixFit, dat werkt via de 'cloud', integreren
in hun eigen website."
Hoe zit het met privacy? Niet iedereen wil zijn maten met iedereen wilt
delen.
"De gegevens worden in principe meteen na een aankoop weer verwijderd.
Maar je kunt je profiel ook bewaren, zodat je bij elke online store die
FlixFit gebruikt niet telkens opnieuw voor de camera hoeft te gaan staan.
Maar dat profiel is wel afgeschermd en komt bijvoorbeeld niet in handen van
de webwinkel."
Zijn er nog veel andere toepassingen denkbaar?
"We praten ook met een sportschoolketen in Nederland. Bepaal de ideale
versie van jezelf en met behulp van onze software kun je dan je vooruitgang
tracken.
Maar ik zie ook mogelijkheden voor vee. Ik kwam er onlangs achter dat ze de
groei van koeien meten met behulp van lasers. Als ik maar genoeg data heb
over een soort dier kan dat met onze software veel goedkoper en sneller."
Is er al concrete interesse?
"Ja, er komen al heel veel vragen binnen. Op 12 december is de officiële
launch van het product en dan gaan we van start met een grote internationale
online retailer van wie ik de naam nog niet mag noemen. En een bedrijfje in
India gaat met behulp van onze software T-shirts op maat maken."
Jullie deden mee aan StartupBootcamp, een acceleratorprogramma voor
startups. Een deel van dat programma was je bedrijf pitchen voor
investeerders. Is er veel intersse?
"Hell of a lot. Zeker dertig partijen, maar ik wil het heel rustig aan
doen en kijken welke investeerders het best bij onze strategie passen. Op
dit moment zit er vooral eigen geld in. Om de groei de komende 30 maanden te
financieren staan we op het punt om een converteerbare lening uit te geven
(een lening die onder bepaalde voorwaarden om te zetten is in aandelen,
redactie)."
Waar staan jullie over twee jaar?
"Dan opereren we wereldwijd en hebben we een aantal verschillende merken
en producten. Onze software is dan geschikt voor alle belangrijke
platformen, voor OS X van Apple, maar ook voor Android en Blackberry zodat
iedereen FlixFit met zijn smartphone kan gebruiken. En we zijn tegen die
tijd voorbereid op de komt van 3D-camera's op telefoons en laptops, want die
breken verwacht ik rond 2016 door."
Vanwege het programma zitten jullie nu in Amsterdam. Maar je bent Brits.
Verhuist het bedrijf terug naar het VK?
"Amsterdam bevalt wel en we hebben hier nu een goed netwerk opgebouwd.
Dus in de nabije toekomst blijven we hier. Al hebben we wel nog een
ontwikkelafdeling in Birmingham."
Lees ook:
social media
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl