Mkb’ers zijn voor het succes van hun onderneming in grote mate afhankelijk van hun partners.
Dat blijkt uit onderzoek van twee studenten Bedrijfseconomie van de Hogeschool Utrecht (HU) naar ‘goed bestuur’ in het midden- en kleinbedrijf.
Voor hun scriptieonderzoek interviewden de studenten Manon Leliveld en Niek Smeitink zo’n negen ondernemers uit het Midden- en Kleinbedrijf (MKB) en tien adviseurs. Ook voelden ze enkele partners van ondernemers aan de tand. Op basis van de data uit de interviews stelden zij een model op waarmee MKB’ers hun eigen bestuursstijl kunnen evalueren.
Cruciaal rol partner
Uit de interviews met zowel de ondernemers als de adviseurs blijkt dat de levenspartner een cruciale rol vervult bij de uitoefening van goed bestuur. En dat geldt niet alleen voor levenspartners die een formele rol binnen de organisatie vervullen, concluderen de onderzoekers. Ook partners die geen rol vervullen binnen het bedrijf, stimuleren goed bestuur door voor een stabiele thuissituatie te zorgen en door als betrokken klankbord te fungeren.
Van de geïnterviewde ondernemers met een partner geeft honderd procent aan dat de partner van belang is voor het wel en wee van de organisatie. Ze vinden het belangrijk om iemand in de privéomgeving te hebben die kritisch is en advies kan geven over aspecten van de bedrijfsvoering. Partners die met hun ondernemende wederhelft sparren, doen dit vaak op het gebied van sociale relaties.
Beslissen aan de keukentafel
Eén van de ondernemers is van mening dat de rol van de partner als adviseur voor iedere willekeurige ondernemer belangrijker is dan de rol van de accountant, Raad van Commissarissen of Raad van Advies. "Ik denk dat van elke MKB-ondernemer de belangrijkste adviseur zijn partner thuis is, dat weet ik zeker. Aan de keukentafel neemt hij de beslissingen."
Uit de interviews met de ondernemers en hun partners blijkt dat er naastde carrière van de ondernemer doorgaans "geen ruimte is voor de carrière van de partner". Eén van de geïnterviewde ondernemers zegt hier het volgende over: "Als je iemand hebt die zegt 'Ik heb ook mijn baantje' en je ook kinderen hebt, dan wordt het helemaal lastig."
lees ook:
Eén winkelpand, één kassa: zes winkeliers
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl