Shell stopt grotendeels met het winnen van olie in de Niger Delta door de aanhoudende problemen met lekkages en diefstal.
Dat heeft Mutiu Sunmonu, de hoogste baas van Shell in Nigeria, gezegd in een interview met NRC Handelsblad.
Donderdag maakte Shell bij de presentatie van de kwartaalresultaten bekend dat het de winst in april, mei en juni sterk zag dalen, mede door de problemen in Nigeria. Daar verdwijnen volgens de lokale autoriteiten dagelijks naar schatting zo’n 400.000 vaten olie door diefstal. Voor Shell gaat het 100.000 vaten per dag, aldus de Brits-Nederlandse onderneming.
Doorgaans wordt de olie gestolen door die af te tappen uit pijpleidingen. Een vat ruwe olie bevat 159 liter, waarmee de gestolen hoeveelheid neerkomt op miljoenen liters per dag. Deze verliezen kostten Shell afgelopen kwartaal naar eigen zeggen 250 miljoen dollar (bijna 189 miljoen euro).
Shell heeft al tientallen jaren te kampen met problemen in Nigeria. Het bedrijf is er sinds 1936 actief en heeft te maken gehad met sabotage en een oorlog die het werk bemoeilijkten.
Productie terugschroeven in Nigeria
Shell gaf donderdag aan dat het zijn activiteiten in het Afrikaanse land onder de loep neemt. De productie in Nigeria kan door de verkoop van activiteiten met zo’n 80.000 tot 100.000 vaten olie per dag kan worden verkleind.
"Dat betekent niet dat we de onshoreproductie in Nigeria helemaal verlaten", stelde topman Peter Voser. Het bedrijf wil zich vooral toeleggen op oliewinning in de diepzee en gaswinning. "Gasproductie is daar heel belangrijk, daar investeren we ook in. Op dat vlak kunnen we toegevoegde waarde leveren, zowel voor Nigeria als voor Shell. In het oosten van Nigeria zullen we minder aanwezig zijn in de olieproductie."
Milieuvervuiling door winnen van olie
Vanwege de sabotagepraktijken zijn oliemaatschappijen in Nigeria vaak het mikpunt van kritiek van milieu- en mensenrechtenorganisaties. Door de gaten die lokale oliedieven in de pijpleidingen boren, is er in de afgelopen jaren veel olie in de natuur terechtgekomen.
Tegenstanders wijzen erop dat ook oude leidingen met achterstallig onderhoud oorzaak zijn van het weglekken. Sommige leidingen zouden al 40 tot 50 jaar oud zijn. Naast Shell zijn in het gebied ook de maatschappijen Chevron, Exxon-Mobil, Agip en Total aanwezig, maar Shell wordt over het algemeen gezien als de grootste vervuiler.
Het opruimen van de olievervuiling in Nigeria kan volgens een VN-rapport uit 2011 wel 30 jaar duren. De vervuiling en onrust kost de Nigeriaanse overheid jaarlijks miljarden aan inkomsten. "We zullen onze bijdrage leveren, maar dit zijn geen problemen die Shell alleen kan oplossen", aldus Voser donderdag.
Bron: Z24/ANP
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl