De technologiesector hapert op de beurs door toenemende zorgen over inflatie.
Beleggers reageren niet op ijzersterke kwartaalcijfers.
De mechaniek van sectorrotaties die de beurs omhoog duwen, lijkt te haperen, aldus beursexperts Michael Nabarro en Gökhan Erem.
ANALYSE – Beurzen komen deze week beroerd uit de startblokken. Het perspectief van hogere inflatie, aangewakkerd door een sterke stijging van de grondstofprijzen, zorgt voor onrust in de markt. Op zich zijn de dalingen van brede beursindices nog maar zeer beperkt, dus het is overdreven om nu al van paniek te spreken.
Opvallend is wel dat de ‘beren’ op de markt – handelaren die speculeren op koersdalingen – wakker zijn geworden en hun shortposities op de grootste ETF van de technologie-index Nasdaq 100 hebben uitgebreid tot het hoogste niveau sinds afgelopen augustus. Ze richten zich vooral op technologie-aandelen die sterk op groei zijn gericht.
Wat hier speelt is dat de techsector kwetsbaar wordt, op het moment dat de Federal Reserve vanwege sterkere inflatie eerder dan verwacht het extreem soepele geldbeleid matigt.
Voor techaandelen speelt in het bijzonder dat stijgende rentes de financiering van investeringen die pas later winst opleveren, duurder kunnen maken; daarnaast zijn aandelen met een hoge koers-winstverhouding relatief kwetsbaar voor een rentestijging, op het moment dat je dat verdisconteert in waarderingsmodellen.
Daling technologie-aandelen weegt op de hele beurs
Maandag en dinsdag daalde de technologie gerelateerde Nasdaq 100-index op stevige volumes in totaal met ongeveer 2,5 procent en sprong de VIX-index (een indicator voor de beweeglijkheid van de beurs) omhoog.
Gelet op de weging van grote technologiebedrijven in bredere indices wordt het een lastig verhaal om zonder hun steun nieuwe records te bereiken. Maar is het nu alleen technologie, of speelt er meer?
Aan het cijferseizoen kan het niet liggen. Als je bijvoorbeeld kijkt naar de VS: daar rapporteerde bijna 90 procent van de S&P 500-bedrijven gemiddeld over het eerste kwartaal een winststijging van 49 procent op jaarbasis, meer dan het dubbele van de stijging die analisten aan het eind van het eerste kwartaal hadden ingeschat.
De omzet van bedrijven uit de S&P 500 ligt nu op schema om op jaarbasis met 10 procent te groeien, vier procentpunt boven de raming van 31 maart. Daarmee is dit de meest positieve waarneming van dataprovider FactSet ooit. Dat is dus niet het probleem. Feit is echter dat de brede S&P 500-index sinds medio april niet meer echt vooruitkomt.
Beleggers kijken de kat uit de boom en anticiperen wellicht op lagere koersen of toch weer meer steun van beleidsmakers. Feit blijft dat er nog steeds veel goedkoop geld beschikbaar is om te beleggen en er weinig alternatieven voor aandelen zijn.
Sectorrotatie zet niet door om stijging beurs in stand te houden
Normaal gesproken zorgen sectorrotaties ervoor dat kapitaal van de ene naar de andere sector stroomt. Dit herbeleggen zorgt ervoor dat brede indices telkens nieuwe drijfveren hebben en daardoor een verlengde periode van stijgingen kunnen laten zien, zonder substantiële correctie. Een soort van estafetterace in volle sprint.
In het onderstaande plaatje van de Europese beurs zien we deze week echter geen afwisselend beeld tussen de verschillende sectoren. Het stokje is niet overdragen. Sterker, alles loopt hand in hand. Blijkt straks dat dit een soort van massasprint naar de eindstreep is geweest?

Het beeld van de brede EURO STOXX-index (zwarte dikke lijn) is gelijk aan dat van alle sectoren, wanneer we naar het laatste stukje van de reeks kijken. Alleen de bankensector (rode lijn) loopt naar boven terwijl de rest daalt. Dat is heel mager als je beseft dat de algehele markt in 19 sectoren is onderverdeeld.
Serieuzere correctie kan eerste echte test worden voor nieuwe beleggers
Sinds de bodem van februari vorig jaar zijn markten niet meer dan 5 tot 7 procent gedaald tijdens correctieve fases. Telkens was er wel een aanleiding op de opmars voort te zetten.
Maar wat als er nu een correctie komt die wat zwaarder is dan we het afgelopen jaar hebben gezien? Gewoon omdat er ditmaal meer sectoren tegelijk corrigeren dan voorheen.
Wat nu blijkt, is dat de meeste sectoren recent een top hebben gemaakt en logischerwijs daarna op zoek gaan naar een bodem. Wanneer alles tegelijk een bodem zoekt, dan kan een index wel eens dieper door de knieën gaan dan tijdens correcties die door sectorrotaties werden gedreven. Die zijn beheerster en minder diep dan de dalingen die op basis van veranderingen in het macrolandschap ontstaan.
De grote vraag is hoe de nieuwe generatie van Robinhood-, Reddit- en cryptobeleggers reageert op een wat zwaardere correctie.
Een techmiljardair als Elon Musk kan wel populair gaan doen in de media, maar hij heeft makkelijk praten. De 'gewone' particuliere belegger heeft geen tientallen miljarden als financiële buffer en zal op zijn eigen merites moeten leren hoe je een serieuze daling doorkomt.
Als er nu eens goed aan de boom wordt geschud, kan dat een interessant psychologisch spel worden waarbij wellicht de echte interne kracht van de markt wordt blootgelegd. Maar zover is het nog niet, al zien we op het moment van schrijven ook geen economische gebieden of sectoren die aan kracht winnen in het keuzeproces van beleggers.
Dat kan uiteraard snel veranderen. Lees daarom onze weer weekendupdate met de laatste inzichten over de ontwikkelingen op de beurs.
Michael Nabarro, Chartered Market Technician (CMT), Gökhan Erem, ook CMT, zijn onafhankelijke beleggingsspecialisten die beide meer dan 25 jaar werkzaam zijn in de financiële sector. Met gedegen kennis en ruime ervaring bedienen zij professionele en particuliere beleggers aan de hand van hun methodisch onderbouwde, actieve beleggingswijze.
Deze column bevat meningen en bevindingen van de auteurs. De financiële waarden die in dit schrijven genoemd worden kunnen onderdeel uitmaken van de beleggingen van de auteurs als ook van hun relaties.
Deze column is niet bedoeld als advies in enige vorm en dient als niet-gepersonaliseerde informatie over de financiële markten.