Toen Lieke Meertens tien jaar geleden met een burn-out thuiszat, merkte ze al snel dat ze het beste kon herstellen door dingen te doen die ze leuk vond. In haar geval: uitgaan.
“Ik kreeg er veel energie van om de stad in te gaan en te dansen”, zegt ze tegen Business Insider. “Het gaf me echt een mentale boost, maar daar voelde ik me ook schuldig over. Ik durfde het niet aan collega’s te vertellen dat ik dit deed en lette er goed op dat er geen foto’s van mij op sociale media verschenen.”
“Ik wilde niet dat mensen zouden weten dat ik daar stond te dansen terwijl ik overdag niet kon werken.”
Ziek zijn voelt als falen
Het is een probleem waar meer mensen met een burn-out mee worstelen: schuldgevoel. En dat is logisch, zegt psychotherapeut en coach Carien Karsten die meerdere boeken schreef over burn-outs. “Het is niet zo dat mensen graag willen uitvallen. Mensen met een burn-out zijn vaak juist heel plichtsgetrouw en doen hun uiterste best. Als ze dan een burn-out krijgen, hebben ze het gevoel dat ze falen. En dat kan zich vertalen in een schuldgevoel.”
Dat schuldgevoel hebben mensen met een burn-out vaak richting hun werk. Logisch, want ze zitten net zoals Meertens vaak maandenlang ziek thuis terwijl hun collega’s hard werken. Daarnaast weten collega’s lang niet altijd hoe mensen met een burn-out het beste kunnen herstellen. Volgens Karsten bestaat het beeld nog steeds dat bedrust het beste is, terwijl het juist beter is om net als Meertens dingen te doen die je leuk vindt.
“Mensen krijgen daardoor weleens opmerkingen van collega’s. Als ze elkaar in de stad tegenkomen, zeggen ze bijvoorbeeld: hoor jij niet thuis te zijn? Maar dat intensiveert het schuldgevoel, waardoor mensen met een burn-out uiteindelijk meer last krijgen van stress”, zegt Karsten.
'Ik genoot minder van dingen'
Zo’n schuldgevoel staat het herstel van een burn-out in de weg. Meertens merkte dat ook. “Het beroofde mij echt van mijn energie”, zegt ze. "Ik voelde me schuldig tegenover mijn collega’s die wel moesten werken terwijl ik niets deed. Maar ook bijvoorbeeld naar vriendinnen toe, omdat zij met de trein naar mij moesten komen als we wat afspraken. Het lukte mij niet om de trein naar hen te pakken. Daardoor had ik het gevoel dat ik hen tot last was."
Zelf beschrijft ze het schuldgevoel als een zwaar, log programma dat op de achtergrond van de computer draait. De computer wordt er traag van en kan zich minder goed op andere zaken richten. “Ik merkte dat ik minder genoot van dingen door het schuldgevoel.”
Accepteer dat je een burn-out hebt
Maar hoe ga je dan om met dat schuldgevoel? Karsten zegt dat het in ieder geval belangrijk is om te accepteren dat je een burn-out hebt en om te begrijpen wat dat met je lichaam doet. “Mensen met een burn-out zijn vaak bang om als aansteller te worden gezien, maar het is een heel fysiek proces.”
Door stresshormonen kun je vaker last krijgen van hoofdpijn, verkoudheid of concentratieproblemen. Niet zo vreemd dus dat werken niet gaat. Maar nog vervelender: door stresshormonen ga je ook meer piekeren. En dat is lastig, want dat zorgt er juist voor dat je schuldgevoel verergert en dat het nog slechter met je gaat.
Een goede oplossing daarop is een piekeroefening, zegt Karsten. “Zit je ergens mee, probeer dan te formuleren wat je gedachte precies is. Vraag je vervolgens af waarom die gedachte waar zou zijn. Wat is het bewijs? Als je denkt dat je faalt, is er dan iets dat die gedachte ondersteunt? Kun je er op een andere manier naar kijken? En bereik je met deze gedachte je doel: herstellen van je burn-out?”
Bedenk ook eens of jij tegen iemand anders met een burn-out zou zeggen dat zijn of haar schuldgevoel terecht is. “Relativeer je eigen gedachten. Als dat lukt, voel je je vanzelf veiliger en dus beter.”
Schrijf je gevoelens op
Meertens adviseert anderen om hun gevoelens op te schrijven. “Ik heb op een bepaald moment pen en papier gepakt en schreef voor mezelf een vraag op: waarom voel ik mezelf schuldig? Daar gaf ik al schrijvend antwoord op, waardoor ik makkelijker tot inzichten kwam over dat schuldgevoel en erachter kwam welke emoties daaronder lagen.”
“Stel jezelf op papier ook de vraag of je de situatie waarin je zit compleet kunt aanvaarden en accepteren. En waarom je dat wel of niet kunt doen.” Door dit soort vragen te stellen en antwoorden op te schrijven, ga je dieper op je eigen gevoelens in en begrijp je ze beter, zegt Meertens.
Uiteindelijk is het Meertens, mede dankzij deze oefening, gelukt om van haar burn-out af te komen. Ze worstelde er in totaal twee jaar mee. Twee dingen hielpen haar ontzettend goed bij haar herstel: nadat ze geaccepteerd had dat ze een burn-out had en zich daar niet schuldig over hoefde te voelen, ging ze meer leuke dingen doen. En ze koos ervoor om alleen nog maar dingen te doen die bij haar pasten. Ze richtte bijvoorbeeld haar eigen bedrijf op, Bliss Academy, waarmee ze mensen met een burn-out helpt.
“Ik heb uiteindelijk ook ontslag genomen bij mijn werkgever. Ik merkte dat ik geen energie meer kreeg van mijn werk, dus dat ik, om volledig te herstellen, daar weg moest. Pas daarna ging het echt beter.”
Dit kunnen werkgevers doen
Uiteindelijk is het niet alleen aan werknemers om hun schuldgevoel te lijf te gaan, werkgevers kunnen ook een hoop doen om ervoor te zorgen dat dat gevoel niet ontstaat, zegt Karsten.
Om te beginnen is het belangrijk dat de werkgever een cultuur schept van veiligheid, waarin fouten maken oké is. “Pas dan kunnen mensen elkaar vertrouwen. Daarom is het ook belangrijk om als werkgever te laten zien dat je zelf ook fouten maakt en kwetsbaar bent. Aan het einde van de week kun je bijvoorbeeld best zeggen: goh, dat was best heftig.”
Het doel moet in ieder geval zijn om een cultuur te creëren waarin iedereen mag zijn wie hij is. “Als je als werkgever uitstraalt dat je ambitieus bent en altijd wil scoren, dat je het altijd beter weet dan de ander, dan creëer je een angstcultuur. Dat is funest voor kwetsbare werknemers.”
Verder is het belangrijk dat werkgevers beter luisteren naar hun werknemers. “Werkgevers hebben vaak snel een oordeel of een mening, maar nemen niet de tijd om echt goed naar iemand te luisteren. Stel daarom vragen: is er iets dat je voor de ander kan doen? Ga naast je werknemers staan en denk met ze mee, dat helpt hen al veel.”