Noorwegen heeft Finland afgelost als het land met de beste persvrijheid ter wereld, blijkt uit de World Press Freedom Index 2017. Alle Scandinavische landen doen het goed, want Zweden staat tweede, Finland derde en Denemarken vierde.
Volgens Reporters Without Borders, dat jaarlijks de ranglijst opstelt, is de persvrijheid in Noorwegen gebaseerd op de grondwet uit 1814. De media zijn vrij en journalisten staan niet onder enige politieke druk of censuur. Ook speelt de wet die grote mediabedrijven verbiedt een aandeel groter dan 40% te hebben in radio en tv-stations en kranten een belangrijke rol bij de leidende positie van Noorwegen.
Zorgen om Nederlandse Zwarte Piet-discussie
Nederland volgt achter de Scandinavische landen op de vijfde plaats. In 2016 stonden we nog op de tweede plaats. Reporters Without Borders schrijft dat de vrijheid van de pers en de bescherming van journalisten een hoeksteen blijft van de democratie in Nederland, maar dat journalisten wel meer problemen ondervinden.
Zo werden bij de hoogoplaaiende publieke debatten over de vluchtelingencrisis soms journalisten geweigerd of verboden opnamen te maken. Ook wijst Reporters Without Borders op de (doods-)bedreigingen die journalisten, columnisten en tv-persoonlijkheden ontvingen vanwege hun rol in de felle discussies over Zwarte Piet.
Nier meegenomen zijn de politieke partij Denk die journalisten weigerde op de uitslagenavond van de Tweede Kamerverkiezingen en VVD-voorzitter Henry Keizer die vrijdag journalisten van Follow the Money die kritisch over hem hadden bericht en Powned weigerde op een persconferentie.
Trumps' aanvallen op de pers
Landen die prat gaan op hun persvrijheid als Groot-Brittannië en de Verenigde Staten vinden we pas terug op de respectievelijk 40e en 43e plaats van de 180 in de ranglijst opgenomen landen. In de VS baren vooral de aanvallen van president Trump op de pers en de weigering om bepaalde journalisten toe te laten tot Witte Huis-bijeenkomsten grote zorgen. Zeker nadat Trump de media 'de vijanden van het Amerikaanse volk' heeft genoemd.
Opvallende landen in de top tien zijn Costa Rica op de zesde plaats en Jamaica op de achtste plaats. Volgens Reporters Without Borders is de vrijheid van meningsuiting in Costa Rica en het respect voor de mensenrechten een positieve uitzondering in Latijns-Amerika en zijn er op Jamaica sinds februari 2009 geen meldingen meer geweest van bedreigingen van de persvrijheid.
Noord-Korea, China en Turkije
De 180e en laatste plaats op de ranglijst is voor het Noord-Korea van Kim Jong-un. Burgers worden onwetend gelaten en moeten vrezen naar een concentratiekamp te worden gestuurd als ze luisteren naar buitenlandse radiozenders.
Ook wereldmacht China scoort met de 176e plaats uitermate slecht. In de afgelopen twee jaar zijn honderden journalisten, bloggers en mensenrechtenactivisten in de gevangenis beland.
President Erdogan vindt Turkije terug op de 156e plaats. Volgens Reporters Without Borders heeft hij de coup van augustus 2016 aangegrepen voor een ongekende zuivering van de media onder het mom de strijd tegen terrorisme.
De index die Reporters Without Borders jaarlijks publiceert is gebaseerd op verschillende criteria: pluralisme, onafhankelijkheid van de media, de media-omgeving en zelfcensuur, de wetgeving, transparantie en de kwaliteit van de infrastructuur van de productie van nieuws en informatie.