Saudi-Arabië is niet van plan om zijn olieproductie ook maar enigszins terug te schroeven. Minister van Olie Ali Al-Naimi zei woensdag op bezoek in Berlijn dat het land zo veel olie levert als zijn afnemers nodig denken te hebben.
Saudi-Arabië is ’s werelds grootste olieproducent. Mede door een overaanbod van de grondstof halveerde de olieprijs in de afgelopen maanden.
Landen binnen het kartel van olie-exporterende landen OPEC riepen daarop de andere leden op de productie terug te schroeven, om de prijsval tegen te gaan. Veel OPEC-leden zijn bezorgd over de gevolgen van de sterk gedaalde olieprijzen op hun begrotingen.
Al-Naimi wil echter niets weten van een lagere productie “tenzij klanten weigeren het product aan te schaffen”, zo zei hij. De minister acht die optie echter onwaarschijnlijk omdat in zijn ogen Saudi-Arabië wordt beschouwd als de meest betrouwbare leverancier te wereld.
Groter aanbod Amerikaanse olie
Door de productie op niveau te houden wil Saudi-Arabië onder meer tegenwicht bieden aan de verdere groei van de Amerikaanse olieproductie. De sterke groei van het aanbod van olie was de afgelopen maanden een van de drijvende krachten achter de enorme daling van de olieprijs. Halverwege vorig jaar kostte Brentolie, de maatstaf voor olie uit het Midden-Oosten en Europa, nog bijna 116 dollar per vat.
De prijs van olie gaat de afgelopen weken stevig op en neer. Op 13 januari werd na maanden van nagenoeg onafgebroken dalingen een voorlopig dieptepunt bereikt, van iets meer dan 45 dollar per vat. Woensdagmiddag stond de prijs van Brent 0,7 procent in de min op 60,60 dollar per vat.
'Extra risico's bedrijfsleven door olieprijs'
Volgens verzekeringsmakelaar Aon zorgt de sterk gedaalde olieprijs voor extra politieke risico's voor het bedrijfsleven in veel opkomende landen. Dat meldde de risico-adviseur op basis van de jaarlijkse Political Risk Map.
Volgens Aon kunnen overheden financiële problemen krijgen door de lage olieprijs, waardoor er risico's zijn bij de betaling in harde valuta en inmenging van de politiek in de economie. Met name in olieproducerende Afrikaanse landen zoals Angola, Ghana, Libië en Mozambique lopen bedrijven een groter risico op problemen met betalingen in en overheden die niet aan de financiële verplichtingen kunnen voldoen, aldus Aon. Dit geldt ook voor landen als Rusland, Iran en Venezuela.
Verder zorgt ook de strijd tegen terreurgroeperingen zoals IS en Boko Haram voor extra risico's voor het internationale bedrijfsleven, net als het conflict in het oosten van Oekraïne. In totaal namen de politieke risico's in twaalf van de onderzochte 163 opkomende economieën toe, terwijl in zeven landen de situatie voor het bedrijfsleven veiliger werd.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl