Het rammelde aan alle kanten bij de vrijwillige vertrekregeling van de Belastingdienst. De besluitvorming over de regeling was te haastig en onzorgvuldig.
Dat stelt staatssecretaris Eric Wiebes (Financiën) dinsdag in een brief aan de Tweede Kamer. Hij reageert op vragen van Kamerleden over onverwachte problemen bij de vertrekregeling, waardoor die waarschijnlijk 70 miljoen euro extra gaat kosten.
Er meldden zich veel meer medewerkers voor vertrek dan verwacht. Daardoor moest ook de aanmeldingstermijn eerder worden gesloten. Er werd zelfs voor leegloop op bepaalde afdelingen gevreesd. De kosten van de regeling in verband met een reorganisatie, waren aanvankelijk geschat op 648 miljoen euro.
Verkeerde inschatting vertrekregelingen
De ramingen over onder meer het aantal werknemers dat vrijwillig zou willen vertrekken waren gebaseerd op onjuiste veronderstellingen, aldus Wiebes nu. ,,Dit soort besluitvorming is niet acceptabel en mag niet meer voorkomen.”
De Belastingdienst verwachtte dat het vrijwillige vertrek van medewerkers op zo’n 5000 functies niet eenvoudig haalbaar was. Ook werd geen maximumaantal vrijwilligers vastgelegd. In korte tijd meldden zich echter ruim 7800 personen.
Bij de Belastingdienst bestond een cultuur om zaken die allereerst de Belastingdienst aangingen, ,,dicht bij zichzelf te houden'', constateert Wiebes. Andere betrokken partijen zijn daardoor soms niet of pas achteraf betrokken bij de besluitvorming.
Om de gemaakte fouten in de toekomst te voorkomen, is actie ondernomen, aldus de staatssecretaris. Zo is bij de fiscus de interne controle versterkt. Ook de gesloten cultuur binnen de dienst moet veranderen.