De Zwitsers hebben tijdens de Tweede Wereldoorlog veel goud van Duitsland gekocht dat geroofd was uit de kluizen van De Nederlandsche Bank. Daarvan hebben ze slechts een fractie teruggegeven.
Dat schrijft Roel Janssen, auteur van het boek ‘Fout Goud’ over het goud dat door door de Duitsers gedurende de Tweede Wereldoorlog uit de kluizen van DNB is geroofd, dat maandag wordt gepresenteerd.
“In de Tweede wereldoorlog heeft Duitsland 146 duizend kilo goud uit de kluizen van De Nederlandsche Bank geroofd. Via Berlijn is dat goud in Zwitserland terechtgekomen. En het meeste daarvan heeft Nederland nooit meer teruggezien”, zegt Roel Janssen.
Meest goud was veilig
Overigens was dat niet de volledige goudvoorraad die de Duitsers hebben gestolen. Tachtig procent van al het goud was op tijd naar het buitenland verplaatst. Maar er lag nog wel goud. Daarnaast moest de Nederlandse bevolking alle gouden munten in 1940 inleveren. De Nederlanders deden dat massaal, waarna de Duitsers het onmiddellijk in beslag namen.
Zwitserland weigerde altijd mee te werken
Na de Tweede Wereldoorlog hebben we na bemiddeling door de Amerikanen een heel klein beetje goud teruggekregen, maar er ligt nog altijd 61 duizend kilo in Zwitserse kluizen schat Janssen.
De Zwitsers weigeren al decennialang dat goud, waarvan ze hebben geweten dat de Duitsers het gestolen hadden, terug te geven. In 2000 is de Nederlandse regering ook maar gestopt met zijn pogingen het goud, dat tegen de huidige prijzen ongeveer 2 miljard euro waard is, terug te krijgen.
Bekijk hieronder het video-interview dat Me Judice, het discussieplatform voor economen, had met Roel Janssen.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl