Als je zelf pensioen opbouwt voor later, heb je verschillende mogelijkheden. Eén van de opties is dat je bij de opbouw van vermogen gebruik maakt van fiscale voordelen die de overheid biedt. Je betaalt dan bij het opbouwen van vermogen geen belasting in box 3. Aan het eind van de rit moet je het geld wel verplicht in een uitkeringsproduct stoppen.
Business Insider bekeek wat je overhoudt als je op deze manier een vermogen van een ton tot 1 miljoen euro hebt vergaard.
Om vermogensopbouw voor je oude dag te stimuleren biedt de overheid fiscale faciliteiten. Je kunt op een fiscaal vriendelijke manier kapitaal opbouwen als je een aantoonbaar pensioentekort hebt. Dat geldt voor veel zelfstandige ondernemers (zzp’ers), maar ook voor tal van werknemers die geregeld van baan wisselen.
Fiscaal vriendelijk vermogen opbouwen voor je pensioen
Je kunt via een lijfrenteverzekering of via banksparen vermogen opbouwen buiten box 3 voor spaargeld en beleggingen. Je mag je inleg aftrekken van je inkomen in box 1. Je betaalt jarenlang geen vermogensrendementsheffing over het kapitaal en ook je rendement is vrij van belasting.
Om zo’n belastingvoordeel te kunnen gebruiken moet je wel aantonen dat je een pensioentekort hebt, met een berekening van de zogenoemde jaarruimte.
Je kunt vervolgens een groter bedrag laten renderen omdat de fiscus het vermogen en het rendement in de opbouwfase niet belast. Anders gezegd, je kunt netto meer inleggen om rendement te maken, omdat je de bruto inleg kunt gebruiken als aftrekpost in box 1.
Maar uiteindelijk komt de fiscus langs. Wanneer je straks met pensioen gaat, moet je het opgebouwde vermogen in een uitkeringsproduct stoppen bij een verzekeraar of een bankspaarproduct. In de fase dat je aan jezelf laat uitkeren betaal je wél belasting over de uitkering bij de inkomstenbelasting in box 1.
Je spreekt voor de gewenste periode een gegarandeerde bruto uitkering af. De hoogte van die uitkering is onder meer afhankelijk van je kapitaal, het renteniveau op het moment dat je laat uitkeren en van de gewenste duur van de uitkeringen. Als de rente zoals nu erg laag is, krijg je een relatief lage uitkering.
Wat krijg je als lijfrenteuitkering met een vermogen van een ton tot €1 miljoen?
Hoe pakt zo'n uitkering uit bij de huidige relatief lage rentes? Business Insider gebruikte een tool van vergelijkingssite Moneywise om te bepalen wat je bij banksparen en lijfrentes aan uitkering overhoudt als je een vermogen van 1 ton, 3 ton, 5 ton of één miljoen euro inzet.
We hanteerden de volgende aannames. Stel je zit dicht tegen de pensioenleeftijd aan en wil vanaf de AOW-datum maandelijks een bedrag laten uitkeren via een bankspaarrekening, of via een verzekering. Je hebt ná 1992 kapitaal opgebouwd via banksparen of via een lijfrentepolis.
Vanaf de AOW-datum wil je 25 jaar lang maandelijks een bedrag laten uitkeren. De brutobedragen zien er dan als volgt uit:
De getoonde bedragen zijn bruto bedragen. Je moet hier dus nog belasting over betalen in box 1.
De eerste belastingschijf in het volle jaar dat je AOW-gerechtigd bent bedraagt 19,45 procent. Dit gaat over het inkomen tot 34.713 euro. Je ontvangt dan per januari 2020 een AOW-uitkering, omdat je de leeftijd van 66 jaar en 4 maanden hebt bereikt. Met dat percentage rekende Moneywise hier en de site nam ook de Bijdrage Zorgverzekeringswet (ZvW) mee.
Over het inkomen tussen de 34.713 euro en 68.508 euro betaal je 37,35 procent belasting; en over het inkomen boven de 68.508 euro geldt een tarief van 49,5 procent belasting.
Netto uitkeringen zien er dan als volgt uit:
Het belastingpercentage in de eerste schijf kan afwijken, afhankelijk van de maand waarin je recht krijgt op de AOW-uitkering. Over het inkomen tot 34.713 euro betaal je bijvoorbeeld 23,92 procent, als je in april 2020 jarig bent en dit jaar de AOW-leeftijd bereikt.
Wat gebeurt er met je pensioenuitkering bij overlijden?
Bij banksparen zal de uitkering overgaan op de erfgenamen, zoals de partner of eventuele kinderen. Zijn er geen erfgenamen? Dan wordt het resterende saldo netto gemaakt waarna het in de erfenis terecht komt.
Bij verzekeraars gaat het geld bij overlijden niet standaard naar de nabestaanden. Als je niet iets anders afspreekt, blijft het resterende geld na overlijden van de verzekerde bij de verzekeraar. In de getoonde berekeningen gaan we ervan uit dat de verzekeringsuitkeringen stoppen bij overlijden.
Wil je bij een verzekering niet dat de lijfrenteverzekering stopt zonder verdere uitkering bij overlijden van de verzekerde? Dat moet je overlijdensrisicodekking opnemen in de verzekering. Dat drukt wel het maandrendement.
In het voorbeeld van het kapitaal van 100.000 euro krijg je bij een verzekeraar nu 401 euro bruto per maand, afgerond. Zou je willen dat na het overlijden 100 procent naar de echtgenote gaat, dan is het maximale maandbedrag bij een verzekeraar in dit voorbeeld 387 euro.
Uitkering bij fiscaal pensioenproduct staat of valt bij marktrente
Als je nu je geld in een uitkeringsproduct moet stoppen dan heb je last van de lage rente. Dat geldt bij banksparen én bij verzekeren.
Eerder berekenden we al je mogelijke maandbedragen als je alles zelf doet, spaart in box 3 en jezelf geleidelijk uitkeert. Ook daar had je last van de lage rente. Maar de toen berekende netto bedragen per maand zijn tientjes hoger dan de hierboven getoonde netto maandbedragen.
Eerlijk is eerlijk, in die berekeningen zat wel de aanname dat je door de jaren heen nog aan gemiddeld 2 procent beleggingsrendement komt. Dat moet je natuurlijk nog maar afwachten. In die berekeningen hielden we wél rekening met geldontwaarding, we schatten die op gemiddeld 1,6 procent. De we rekenden daar met een reële rendement van 'maar' 0,4 procent. Verder namen we ook de belasting in box 3 mee.
Zwaardere belasting in box 3 vanaf 2022
Het blijft een lastige keuze, zelf sparen en beleggen in box 3, of een verzekeraar inschakelen of een bankspaarproduct gebruiken.
Prettig van vermogen opbouwen in box 3 door sparen of beleggen is dat je alle flexibiliteit hebt en houdt. Je kunt opnemen wat je wilt, wanneer je wilt. Bij de uitkeringen via banksparen of een verzekering ben je bij pensionering, als het uitkeringsproduct ingaat, afhankelijk van de toevallige marktrente van dat moment.
Wel is het zo dat er ingrijpende plannen zijn van het kabinet-Rutte 3 om beleggen in box 3 vanaf 2022 tot vier keer zwaarder te belasten dan nu het geval is. Dit betekent dat zelf pensioen opbouwen via box 3 fiscaal gezien significant onaantrekkelijker wordt, vergeleken met beleggen via een fiscaal voordelige pensioenrekening. De overheid maakt het er dus niet makkelijker op voor de miljoenen Nederlanders die zelf een aanvulling voor hun pensioen moeten regelen.