De Europese Centrale Bank (ECB) heeft zijn rentetarieven donderdag ongewijzigd gelaten. Ook aan de omvang en minimale looptijd van de opkoop van obligaties door de centrale bank werd niets veranderd.
Het tarief waartegen banken geld kunnen lenen bij de ECB blijft op het historisch lage peil van 0 procent. Het tarief voor de deposito’s die banken in Frankfurt aanhouden blijft min 0,4 procent. Dat betekent dat het geld kost voor banken om middelen aan te houden bij de centrale bank.
De ongekend lage rente is een van de instrumenten die de ECB inzet in een poging de zwakke economische groei en de hardnekkig lage inflatie in de eurolanden aan te jagen.
In dat kader koopt de centrale bank ook maandelijks voor 80 miljard euro aan obligaties op bij financiële instellingen. Dat programma loopt minstens tot en met eind maart volgend jaar, maar kan ook worden verlengd als dat nodig is. Draghi liet echter weten dat daarover donderdag nog niet is gesproken.
Binnen de ECB worden de opties voor mogelijke aanpassingen in het opkoopprogramma wel bestudeerd. In dat verband rezen afgelopen tijd vragen over de wijze en de timing van een eventuele afbouw van de aankopen. Ook daarover is door de centrale bankiers donderdag niet gepraat, zei Draghi.
De vraag of dit thema bij de volgende vergadering, in december, op de agenda moet staan werd volgens hem evenmin behandeld.
Inflatie eurozone
Eerder deze maand zei ECB-president Mario Draghi dat de inflatie in de eurozone waarschijnlijk over ruim twee jaar het door de ECB nagestreefde peil bereikt van net iets minder dan 2 procent.
Draghi herhaalde de eerdere ECB-prognose dat de inflatie de komende maanden gaat stijgen, om in 2017 uit te komen op 1,6 procent. Vervolgens neemt de inflatie verder toe, zodat het beoogde peil “eind 2018 of begin 2019” wordt bereikt, aldus de centralebankpresident.
In september bedroeg de geldontwaarding in de eurozone nog slechts 0,4 procent. De kerninflatie, de prijsstijging exclusief energie, voedsel en tabak, bleef met 0,8 procent gelijk.
Om op het gewenste niveau te komen moet de ECB wel vasthouden aan zijn bijzonder ruime monetaire beleid. Draghi beaamde dat dit beleid neveneffecten heeft, die een risico kunnen vormen voor de financiële stabiliteit. Het ECB-beleid leidt echter niet tot zeepbellen in de markt, stelde hij. “We houden dat in de gaten, maar zien er geen bewijzen voor. Prijzen gaan inderdaad omhoog, maar de mate waarin er met schulden wordt gefinancierd neemt niet toe.”