- Rabobank verhoogt de rente op zijn spaarrekeningen per 17 juli naar 1,25 procent.
- Hiermee volgt de bank het voorbeeld van ABN AMRO, die dinsdag bekend maakte dezelfde verhoging van een kwart procentpunt door te voeren.
- Kleinere banken bieden aanzienlijk hogere rentes aan. Wel zijn er daarbij een aantal zaken om op te letten.
- Lees ook: ABN AMRO schroeft variabele spaarrente op naar 1,25% – dat blijft relatief laag vergeleken met kleinere banken
In navolging van ABN AMRO gaat ook Rabobank de rente op spaarrekeningen verhogen van 1 naar 1,25 procent. De verhoging gaat in op 17 juli, maakte de bank bekend.
Klanten van ABN AMRO krijgen vanaf augustus 1,25 procent rente over hun spaargeld, zo werd dinsdag bekend. Daarmee is ING nog de enige grootbank in Nederland waar de rente op 1 procent staat.
De grootbanken verhoogden de spaarrentes de afgelopen tijd al meerdere keren in stapjes van 0,25 procent.
De hogere spaarrentes volgen op de verhogingen van de rente door de Europese Centrale Bank (ECB). De depositorente, het tarief dat banken krijgen als ze hun geld bij de centrale bank stallen, staat inmiddels op 3,5 procent. Dat is het hoogste niveau sinds 2001. De spaarrente blijft daar dus nog flink bij achter.
Kleinere banken bieden hogere spaarrentes
Kleinere banken bieden aanzienlijk hogere rentes aan. Openbank, een dochter van het Spaanse Santander, probeerde deze maand zelfs klanten te lokken met een rente van 3 procent.
Het lokkertje geldt wel alleen voor de eerste zes maanden. Zodra de looptijd van de zogeheten Welkom Spaarrekening afloopt, wordt de rekening van de klant automatisch omgezet in een Open Spaarrekening met een variabele spaarrente van maximaal 2,25 procent.
Wie z'n spaargeld op een rekening bij Openbank zet, valt onder het Spaanse depositogarantiestelsel, dat tegoeden tot 100.000 euro dekt, mocht Openbank in de problemen komen. Dit is vergelijkbaar met een aantal andere buitenlandse banken waar je relatief hoge rentes kunt krijgen.