- Voor de tweede keer in korte tijd schroeft Rabobank de variabele spaarrente op.
- Per 15 augustus krijgen spaarders 1,5 procent rente over hun vrij opneembare spaartegoeden.
- Daarmee loopt de bank voor op concurrenten ABN AMRO en ING.
- Lees ook: Private lease voor helft van de prijs: zo kun je spaarrente nuttig inzetten
Rabobank verhoogt de variabele rente op spaargeld voor de tweede keer in korte tijd. Per 15 augustus krijgen spaarders 1,5 procent rente over hun vrij opneembare spaartegoeden, waar dat nu nog 1,25 procent is.
Klanten die hun spaargeld tot een jaar vastzetten krijgen de renteverhoging al twee weken eerder doorgevoerd. Wie zijn of haar spaargeld langer onberoerd laat, kan hogere rentes krijgen.
De marktrentes, dus de tarieven waarvoor bijvoorbeeld banken onderling geld uitlenen, stegen de afgelopen tijd hard door acties van centrale banken om de hoge inflatie te bestrijden. De nieuwe verhoging van de spaarrente bij Rabobank is daar een reactie op, stelt een woordvoerder.
Volgens hem volgen spaarrentes de marktrentes altijd met een vertraging. Dat komt doordat banken het geld van spaarders vaak beleggen in langer lopende producten, zoals hypotheken, en daarop waren de rentes tot zo’n twee jaar geleden nog erg laag.
Eerder deze maand ging de rente bij Rabobank ook al omhoog, van 1 naar 1,25 procent. ABN AMRO kondigde onlangs aan de rente in augustus met een kwart procentpunt te verhogen tot 1,25.
ING verhoogde in juni de spaarrente voor zijn Oranje Spaarrekening van 0,75 procent naar 1 procent voor klanten met een saldo tot 10.000 euro.
De drie grote banken zijn goed voor ongeveer 80 procent van alle spaarrekeningen in Nederland, maar bieden lang niet de hoogste rentes aan klanten.
De relatief nieuwe onlinebank bunq probeert klanten te lokken met 2,46 procent rente. Ook andere banken bieden aanzienlijk hogere rentes aan. Openbank, een dochter van het Spaanse Santander, hoopt met een rente van 3 procent in de eerste zes maanden spaarders binnen te halen.