Robin Swane is sinds 2005 professioneel golfer, hij speelt in de Challenge
Tour, de eerste divisie van het golfen. In 2007 verdiende hij met de sport
iets meer dan 9.000 euro. Swane speelde 22 wedstrijden over de hele wereld,
daarvan viel hij negen keer in de prijzen. Zijn hoogste prijzenpot van dat
jaar was de 2080 euro die hij verdiende bij de Lexus Open.
Dit soort bedragen staat in schril contrast met het beeld dat mensen
hebben van de golfsport. Ondanks de toegenomen populariteit, ruim 300.000
Nederlanders golfen, blijft de sport omgeven met beelden van exclusieve
clubs, dure lidmaatschappen, deals die gesloten worden op de green en niet
onbelangrijk: de inkomsten van ’s werelds bekendste golfer Tiger Woods.
Het tijdschrift Forbes schatte dat Woods in 2007 115 miljoen dollar verdiende.
Het blad schatte dat de golfer in 2010 meer dan een miljard bij elkaar
geslagen zal hebben.
Maar de bedragen die Woods verdient zijn uitzonderingen in de sport,
vertelt Jeroen Stevens, technisch directeur van de Nederlandse Golf
Federatie. "Het gat tussen hem en de nummer twee is al enorm, kan je
nagaan wat de verschillen met Nederland dan zijn."
Nederland heeft drie golfers die meespelen op de European Tour, de eerste
divisie van het golfen, waar het KLM Open dat donderdag begint ook onder
valt. Robert Jan Derksen, Maarten Lafeber en Joost Luiten. De prijzengelden
in deze tour varieren van een miljoen euro tot wel acht miljoen. De totale
prijzenpot van het KLM Open bedraagt 1,8 miljoen euro, te verdelen onder
zeventig spelers. De nummer een krijgt 300.000 euro, de nummer 70 mag 3.270
op zijn bankrekening bijschrijven.
Nederlands beste speler in de tour, Robert Jan Derksen haalde dit jaar
412.560 euro aan prijzengeld binnen.
Het prijzengeld in de Challenge Tour, waar Swane in speelt, varieert van
150.000 tot 600.000.
"Voor spelers op de Challenge tour is het niet mogelijk om van het
prijzengeld alleen rond te komen, nou ja misschien alleen de top vijf,"
vertelt Stevens. "Een jaar in de European tour kost een speler 125.000
euro, aan reis- en verblijfkosten en coaches. De Challenge is goedkoper, dan
is een speler zo'n 60.000 euro kwijt."
Daarom is sponsoring belangrijk. Swane heeft twee sponsors, een bedrijf
dat hem in zijn kleding voorziet en een sponsor die zijn onkosten betaalt.
Dat betekent dat Swane zijn prijzengeld aan zichzelf kan uitkeren als
salaris.
In ruil voor de sponsoring geeft Swane golfclinics, lezingen of gaat hij met
de klanten van zijn sponsor golfen, maximaal twintig keer per jaar.
"Golfsponsoring is voor een groot deel relatiemarketing. Het is
leuk voor bedrijven om met hun relaties en een prof te gaan golfen. Het is
een van de weinige sporten dat de deelnemers echt mee kunnen doen met de
prof. Een potje tennis tegen Federer, daar is niets aan, dan worden ze
finaal ingemaakt."
"Voor de media-exposure is het niet zinnig om een speler te sponsoren. In
Nederland komen golfers nauwelijks op televisie. Het bedrijf krijgt vooral
aandacht in golfbladen, dat kan interessant zijn om bepaalde doelgroepen te
bereiken," vertelt Stevens.
Heel groot is golfsponsoring nog niet. Sportmarketingbureaus,
bedrijfjes die sponsordeals voor sporters regelen, houden zich niet met de
sport bezig. Essel management, het bedrijf van ex-voetballer Sören Lerby
heeft korte tijd drie spelers vertegenwoordigd, maar daar is het inmiddels
mee gestopt. "De samenwerking voldeed niet aan de verwachting,"
aldus het bureau.
In landen als Amerika of Engeland, waar het golfen groter is dan in Nederland
is het gebruikelijker om je zaken uit te besteden aan een
sportmanagementbureau. Maar deze bedrijven zijn duur. Grote spelers als IMG
of ISM rekenen een tarief van 25 procent op elke sponsordeal en 10 procent
van het prijzengeld.
Stevens: "In Nederland zijn dat soort tarieven niet haalbaar. In
totaal gaat er hier misschien een miljoen tot anderhalf miljoen euro om aan
sponsorgelden."
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl