Foutje van een pr-bureau: een vertrouwelijk document belandde op de burelen van het Financieele Dagblad. Het gaat om voorbereidend document van het Belgische postbedrijf Bpost dat afgelopen mei een mislukt bod deed op PostNL.
Uit het stuk blijkt dat Bpost nog steeds uit is op een overname van PostNL en zijn bod op zes punten wil verbeteren. Noch PostNL, noch Bpost geven commentaar.
De verbeteringen bestaan uit:
1)Nieuw bod hoger dan 5 tot 6 euro per aandeel
2)Onvoorwaardeljke garantie voor pensioenen van PostNl-medewerkers
3)Uitvoering van universele postdienst blijft in tact
4)Geen omvangrijke ontslagen om kostenvoordelen te halen
5)Innovatiecentrum in Nederland voor de 'spirit' van een 'merger of equals'
6)Belang Belgische staat zakt bij fusie onder 51 procent
In mei lekte uit dat Bpost geïnteresseerd was in PostNL. De Belgische zakenkrant De Tijd meldde dat Bpost al op 25 maart een eerste bod heeft uitgebracht op alle aandelen van PostNL. Het aandeel was toen ongeveer 3,62 euro waard.
Het eerste bod werd afgewezen en ook een tweede bod kon PostNL niet bekoren. Over het derde bod werden uitgebreide gesprekken gevoerd, maar die liepen uiteindelijk spaak.
Nationale postreuzen België en Nederland
PostNL is als afgesplitst onderdeel van een voormalig staatsbedrijf sterk vergelijkbaar met Bpost, dat in 2013 naar de beurs ging. Met als belangrijk verschil: de Nederlandse staat speelt als aandeelhouder geen rol meer bij PostNL.
Beide bedrijven zijn sterk gericht op de binnenlandse markt en zijn grote, nationale werkgevers, met elk ongeveer 25 duizend voltijdsbanen per eind 2015 (23.847 voor Bpost, tegen 25.074 voor PostNL).
Voor beide bedrijven geldt ook dat ze kampen met een krimpende markt voor briefpost door de opkomst van email en internet. De compensatie moet komen van pakjesbezorging, want die laatste categorie groeit juist door de toename van het aantal webaankopen.
Een groot deel van de logica van een overname van PostNL door Bpost ligt dan ook bij de samenvoeging van de pakjesbedrijven in Nederland en België. De Nederlanders zijn op dit vlak groter met een jaaromzet van 940 miljoen euro, tegen 341 miljoen euro voor het pakjesbedrijf van Bpost.
Bpost bovenliggende partij
Bpost is om een aantal redenen financieel een sterker bedrijf dan PostNL, blijkt uit een vergelijking van de jaarverslagen van 2015. Zo zetten de Belgen afgelopen jaar 2,4 miljard euro om, bij een operationele winst (ebit) van 466 miljoen euro. Dat komt neer op een winstmarge van zo’n 19 procent.
PostNL zette daar in 2015 een hogere omzet van 3,4 miljard euro tegenover, maar boekte daarbij een duidelijk geringere operationele winst van 340 miljoen euro. De winstmarge van ongeveer 10 procent bij de Nederlanders ligt dus veel lager.
Bpost heeft bij de omzet- en winstmix een aantal troeven die onderscheidend zijn van PostNL. Zo heeft het Belgische postbedrijf een groot binnenlands contract voor de thuisbezorgen van kranten en tijdschriften, met een omzet waarde van 295 miljoen euro in 2015. Dit contract loopt in ieder geval nog tot 2020.
Ook lijkt Bpost nog meer op de historische Nederlandse Postbank, omdat het Belgische bedrijf een bank- en verzekeringsdochter heeft. Die financiële tak bracht afgelopen jaar 205 miljoen euro aan omzet binnen.
Sterke balans, groot waarderingsverschil
En dan is er nog de bedrijfsbalans. PostNL kampt met een negatief eigen vermogen, waardoor er geen dividend mag worden uitgekeerd aan aandeelhouders. Bpost daarentegen had eind vorig jaar een solide eigen vermogen van bijna 700 miljoen euro. Dat laatste komt neer op 33 procent van het balanstotaal.
Bpost keerde afgelopen jaar dan ook een riant dividend uit aan de aandeelhouders, van meer dan 80 procent van de winst.
Deze verschillen maken dat de beurswaarde van Bpost een stuk hoger is dan die van PostNL.
Waar beleggers Bpost een beurswaarde van zo’n 4,8 miljard euro toekennen, zit PostNL steken op iets meer dan een derde daarvan.