Voor financiële markten en ondernemers is politieke zekerheid een groot goed: dat is een belangrijke basis om beslissingen te nemen over investeringen. De uitslag van de Britse verkiezingen heeft het pond vrijdag dan ook een flinke duw omhoog gegeven.
Nadat duidelijk was geworden dat de Conservatieve Partij van Boris Johnson een ruime overwinning zou halen, behaalde de munt zijn sterkste tussentijdse winst sinds 2017.
Vrijdagochtend steeg de waarde van het pond 2,8 procent ten opzichte van de dollar tot 1,3475 dollar. Dat is het hoogste niveau sinds mei 2018.
De euro zakte bijna 2 procent tegenover het pond en de Britse munt behaalde zijn hoogste waarde sinds medio 2016, kort na het Brexit-referendum.
Op financiële markten lijkt grote opluchting te heersen dat er een einde komt aan onzekerheid over de Brexit. Met een ruim mandaat voor Johnson lijkt hij het vertrek van de Britten gemakkelijker door het parlement te kunnen loodsen.
2020: onzeker jaar voor het pond vanwege risico op no deal-Brexit
Op korte termijn kan het pond dus profiteren van zekerheid over het feit dat de Brexit doorgaat. Maar de vraag is hoe de zaken in 2020 lopen.
Aan de ene kant betekent de ruimte verkiezingszege van Johnson bij de Britse verkiezingen dat er de komende vijf jaar een stabiele Britse regering komt. Maar Johnson heeft vooralsnog gezegd voor het eind van 2020 een handelsdeal te willen hebben gesloten over de toekomstige relatie met de Europese Unie.
Experts zijn het vrijwel unaniem eens dat een jaar erg kort is om een volledig nieuwe handelsdeal uit te onderhandelen. Als die deadline niet wordt gehaald, kan Johnson ervoor kiezen om toch een no deal-Brexit door te voeren. Dit zou betekenen dat het VK en de EU terugvallen op de regels van de Wereldhandelsorganisatie (WTO), wat onder meer neerkomt op wederzijdse importheffingen. Dat zou economisch een bijzonder ongunstig scenario zijn voor het VK.
Maar Johnson kan natuurlijk ook zijn belofte breken om eind 2020 de banden met de EU te verbreken en een no deal-Brexit voorkomen, door onderhandelingen over een handelsakkoord met de EU te verlengen. Zo'n langere transitiefase zou wel betekenen dat het VK langer moet blijven bijdragen aan het EU-budget.