Het schort bij Philips aan ondernemerschap. Dat oordeel velt oud-topman Jan Timmer in een boek over zijn leven, bericht het Eindhovens Dagblad.
Timmer stelt onder meer dat aandeelhouders te veel invloed hebben gekregen op het concern. Hij omschrijft de verhuizing van het hoofdkantoor van Eindhoven naar Amsterdam als een symbolische daad, die de aandacht afleidde van de echt belangrijke zaken
In plaats van de voortdurende ontmanteling had Philips volgens Timmer omgebouwd kunnen worden tot een houdstermaatschappij met daaronder juridisch zelfstandige divisies.
De verkoop van de divisie Halfgeleiders (NXP) was volgens de oud-topman een strategische fout waardoor het bedrijf zijn technologische hart verloor.
NXP is uitgegroeid tot de grootste leverancier van chips aan de auto-industrie. De chips worden onder meer gebruikt voor hulpsystemen voor de bestuurder, entertainmentsystemen en netwerken tussen verschillende auto-onderdelen. NXP is op de beurs tegenwoordig meer waard dan Philips.
Ideeën voor groei
Timmer betreurt het dat de Philips-top, afgezien van de medische sector, niet meer ideeën heeft ontwikkeld om tot groei te geraken. "Ik denk dat het vooral schortte aan ondernemerschap, aan durf, aan ideeën."
Philips is inmiddels een zorgtechnologiebedrijf, nadat in 2015 de lichtdivisie werd afgesplitst.
In de Volkskrant zegt Timmer verder dat Europese bedrijven zich laten koloniseren door Angelsaksische multinationals en aandeelhouders. Volgens hem is de macht in Nederlandse bedrijven te veel komen te liggen bij aandeelhouders.
"Het klinkt heel gek voor iemand die 45 duizend mensen heeft ontslagen, maar ik denk dat de belangen van werknemers zwaarder moeten wegen dan die van aandeelhouders", aldus Timmer. Onder zijn leiding werd met Operatie Centurion begin jaren negentig de eerste grootschalige reorganisatie doorgevoerd bij Philips.