- Nederlandse pensioenfondsen hebben afgelopen jaar miljardenverliezen geleden op de beurs.
- Toch zijn de pensioenen per 1 januari 2023 in veel gevallen fors verhoogd.
- De reden hiervoor ligt bij de gestegen rente: die zorgt ervoor dat de som van de uitkeringsverplichtingen minder zwaar weegt.
- Lees ook: Bij overlijden jongere werknemer krijgt partner hoger nabestaandenpensioen in nieuw pensioenstelsel – maar let wel op
De grote Nederlandse pensioenfondsen hebben afgelopen jaar tientalen miljarden euro’s aan vermogen verloren op de beurs, maar staan er nu toch financieel beter voor. Daarom hebben ze begin dit jaar massaal de pensioenen verhoogd.
Voor veel werknemers en gepensioneerden bij grote pensioenfondsen als ABP, Zorg en Welzijn en het pensioenfonds voor de bouw zijn de pensioenen per 1 januari fors verhoogd, soms met meer dan 10 procent.
Dit heeft te maken met een paradoxale financiële ontwikkeling. Afgelopen jaar zijn aandelenmarkten fors gedaald en ook obligaties werden minder waard. Dit zorgde ervoor dat de bezittingen van Nederlandse pensioenfondsen fors minder waard werden. Echter, door de stijging van de rente hoeven pensioenfondsen in de toekomst minder geld opzij te zetten om aan alle uitkeringsverplichtingen te voldoen.
Het saldo van de bezittingen en de som van alle uitkeringsverplichtingen is hierdoor verbeterd. Ofwel: de zogenoemde dekkingsgraden zijn gestegen en dit bood ruimte om de pensioenen te verhogen.
Bestuursvoorzitter Harmen van Wijnen van ambtenarenfonds ABP spreekt daarom ook van het "jaar van de pensioenparadox". "Voor het eerst sinds 2008 hebben we een flink negatief beleggingsresultaat en tegelijkertijd besloten we, ook voor het eerst sinds 2008, tot een volledige pensioenverhoging van ruim 14 procent."
Bij ABP, het grootste Nederlandse fonds, ging het vermogen omlaag van 552 miljard euro eind 2021 naar 459 miljard euro eind vorig jaar. Dit wijt het fonds vooral aan de malaise op de financiële markten als gevolg van de oorlog in Oekraïne.
Tegelijkertijd liep de rente hard op. Door dit alles kampte ABP met grote verliezen op zijn beleggingen, maar namen de financiële verplichtingen juist af. Zo ging de zogeheten dekkingsgraad, de belangrijkste financiële graadmeter, omhoog en was het voor ABP eindelijk weer mogelijk om de pensioenen te verhogen.
Onzeker of pensioenen in 2023 opnieuw omhoog kunnen
In de kwartaalberichten van de andere grote fondsen klinkt een vergelijkbaar geluid. Ook daar ging veel vermogen in rook op, maar hoefden de fondsen minder geld in kas te houden voor het kunnen voldoen aan verplichtingen. "De stijging van de rente heeft tot gevolg dat je minder geld nodig hebt om pensioen in te kopen", legt Terry Troost, werkgeversvoorzitter van metaalfonds PMT, uit.
Topvrouw Joanne Kellermann van zorgfonds PFZW wijst er ook op dat de regels voor het verhogen van pensioen in aanloop naar het nieuwe pensioenstelsel alvast wat zijn versoepeld. Dat maakte het makkelijker om de miljoenen gepensioneerden na jaren eindelijk weer wat extra pensioen te bieden.
De grote fondsen kondigden afgelopen najaar al hun pensioenverhogingen aan voor dit jaar. Komend najaar wordt opnieuw bekeken of de pensioenen in 2024 nog zullen veranderen, of dat ze gelijk blijven. Daarover doen de fondsen nu nog geen voorspellingen.
Dat het vorig jaar zo'n vreemd jaar was, zit Eric Uijen, voorzitter uitvoerend bestuur bij metalektrofonds PME, eigenlijk niet lekker. "Hoewel ik blij ben om weer te kunnen verhogen, stemt de economische en internationale situatie waarin we dit doen zorgelijk. De ongekend hoge inflatie zorgt ervoor dat deelnemers en gepensioneerden het moeilijk hebben", benadrukt hij. Voor 2023 hoopt hij dan ook op "rustiger economisch vaarwater".