- Pensioenfondsen van werkgevers hebben hun financiële positie zien verbeteren in 2021 door sterke prestaties van beleggingen op de beurs.
- Toch is het voor veel pensioenfondsen nog niet mogelijk om de waarde van pensioenen te laten meestijgen met de inflatie.
- Veel werknemers die pensioen opbouwen via een fonds van de werkgever hebben een fors ‘indexatiegat’.
- Lees ook: Beleggen voor je pensioen: dit moet je weten over de lifecycle strategie…en doorbeleggen vanaf je AOW-leeftijd
Het kabinet moet ervoor zorgen dat de pensioenen snel worden geïndexeerd. Die oproep doet vakbond CNV naar aanleiding van de berichten van een aantal grote pensioenfondsen in Nederland die graag de pensioenen willen verhogen, maar die dat vanwege hun financiële positie niet kunnen.
CNV zegt dat bij steeds meer gepensioneerden “het water aan de lippen staat”, zeker nu de inflatie torenhoog is en de AOW in de ogen van de bond onvoldoende mee stijgt.
Bij de bond komen naar eigen zeggen talloze signalen binnen van leden over de dalende koopkracht. Steeds meer gepensioneerden hebben moeite rond te komen. Daarmee is indexatie volgens CNV broodnodig.
De bond wijst er daarbij op dat veel gepensioneerden al jaren op de nullijn staan. De bond roept minister Carola Schouten op de algemene maatregel van bestuur (AMvB) over eerder indexeren zo snel mogelijk te regelen.
Pensioenen al jaren niet waardevast
Achterblijvende indexatie leidt tot een groot koopkrachtverlies voor pensioendeelnemers. Volgens pensioenexperts Corine Reedijk en Frank Driessen van Aon is er al circa tien jaar niet is geïndexeerd waardoor circa 15 procent koopkrachtverlies is ontstaan op het pensioen vanuit de werkgever. De AOW, het pensioen van de overheid, is wel steeds geïndexeerd.
Pensioenexpert Theo Gommer van Gommer & Partners ziet eveneens een koopkrachtverlies van 15 procent sinds 2008, zo gaf hij onlangs aan tegenover Business Insider. Dit is ontstaan door achterblijvende indexatie en regelrechte kortingen.
Maar dat is helaas niet alles. In de periode van 2022 tot en met 2026 komt daar nog 10 procent bij, aldus Gommer. Hij neemt hierbij aan dat de inflatie in deze jaren jaarlijks zo’n 2 procent bedraagt.
Lees ook: Pensioen niet waardevast door hoge inflatie: zo groot kan het bedrag zijn dat je jaarlijks mist
Pensioenfondsen ziet financiële positie verbeteren door beursherstel
De grootste pensioenfondsen van Nederland willen graag de pensioenen verhogen, maar kunnen dit nog niet. Daarvoor was hun financiële positie eind vorig jaar nog te mager. In hun kwartaalberichten stellen de fondsen zich te realiseren dat dit een pijnlijke boodschap is.
"In een tijd dat de boodschappen steeds duurder worden en de energieprijzen snel stijgen, is dat een harde constatering", zegt bijvoorbeeld bestuursvoorzitter Joanne Kellermann van zorgfonds PFZW.
De beleidsdekkingsgraad, de graadmeter op basis waarvan besloten wordt of de pensioenen omhoog kunnen, bleef bij PFZW steken op een kleine 100 procent. Dat betekent dat het fonds voor elke euro aan toekomstige pensioenverplichtingen ook ongeveer een euro in kas heeft. Volgens de regels is dat te weinig. "We hopen daarom op een spoedig verder herstel, waardoor gedeeltelijke indexatie van pensioenen weer in beeld komt."
Ambtenarenfonds ABP scoort iets beter met bijna 103 procent, maar de conclusie is er hetzelfde. Wel hoopt ABP erop dat de regels snel wat versoepeld worden. Als het tij financieel dan meezit, zou een verhoging van de pensioenen binnenkort wellicht alsnog in beeld komen.
"Vanaf 1 juli dit jaar zal de minimale beleidsdekkingsgraad waarbij we mogen verhogen zeer waarschijnlijk dalen van 110 procent naar 105 procent", legt voorzitter Harmen van Wijnen van het uitvoerend bestuur uit. "Zodra we de pensioenen mogen verhogen is het onze intentie dit te doen. We onderzoeken vanaf welke datum we dit kunnen uitvoeren, mocht de beleidsdekkingsgraad in de loop van dit jaar boven de 105 procent uitkomen."
Metaalfonds PME geeft aan de teleurstelling van gepensioneerden goed te begrijpen. Daar is de beleidsdekkingsgraad momenteel dik 103 procent. Het andere grote metaalfonds, PMT, zit daar met bijna 101 procent nog iets onder. Alle grote fondsen merken dat hun financiële situatie steeds beter wordt. Afgelopen kwartaal werden er goede zaken gedaan met beleggingen. Ook profiteerden de fondsen ervan dat de rente op de financiële markten is opgelopen. De angst voor mogelijke pensioenverlagingen, waarvoor eerder nog werd gevreesd, is daardoor weggeëbd.
Van de grotere fondsen staat alleen bpfBOUW er al langer goed voor. Daar is de beleidsdekkingsgraad inmiddels opgelopen tot meer dan 119 procent. Bij bpfBOUW zijn de pensioenen met ingang van dit jaar ook wat omhooggegaan. Het ging wel slechts om een gedeeltelijke indexatie. Dat betekent dat de pensioenen niet zo sterk zijn opgeschroefd als de flink aangetrokken inflatie.